Mijn kerstgedachte, even stilstaan bij het boek van Joris Luyendijk, 'Het zijn net mensen'. In zijn boek laat Joris met pakkende voorbeelden en vol humor zien hoe de media ons een gefilterd, vervormd en gemanipuleerd beeld van het Midden-Oosten geven. Bijvoorbeeld over het conflict tussen Israël en de Palestijnen, waarbij het lijkt dat de meeste westerlingen zich beter herkennen in de Israëlische zaak dan de Palestijnse. Hoe dat komt? Omdat de Israël lobby veel beter georganiseerd is dan de Palestijnse en beschikt over de benodigde financiële middelen. Daarnaast staat de gemiddelde westerling veel dichter bij Israël, niet omdat het Joods is, maar omdat het hoort bij het westen. Omdat we ons beter herkennen in de Israëliërs dan in de Palestijnen, komt het Israëlische lijden beter over. Om nog maar niet te spreken over de impact van de holocaust. De handicap voor de Palestijnen is dat bij Nederlanders en de meeste westerlingen de kruistochten en de koloniale bezetting veel minder leven dan de holocaust. Om de Palestijnse kijk over te brengen beschrijft Joris het volgende;
Stel, in de VS wordt een gek de baas die alle mensen met een Friese grootouder laat oppakken en afmaken. Het wordt een moordpartij van ongekende omvang, en als het anti-Friese bewind eindelijk ten val komt, is duidelijk dat de Friese overlevenden niet meer in Amerika willen wonen. Dus komt er een plan: de Friezen krijgen een eigen staat, en wat is een logischere plek dan het land dat volgens oude teksten Fries is? Ondanks Nederlands verzet stemmen de Verenigde Naties met het plan in, en uit de hele wereld trekken mensen met een Friese grootouder richting de nieuwe Friese staat, royaal gesubsidieerd door Amerika. De overige Nederlanders protesteren; wij hadden toch nooit problemen met de Friezen? Maar in de internationale publieke opinie overheerst het medelijden met de Friezen. Er komt een voorstel: de helft van Nederland wordt Frisia, en in de andere helft kunnen Nederlanders blijven wonen. De Nederlanders pikken dit niet, er komt oorlog die de Friezen met Amerikaanse hulp winnen, en een nog groter deel van Nederland valt in Friese handen. Miljoenen niet-Friese vluchtelingen overstromen de grote Nederlandse steden en de spanningen lopen op, vooral omdat kleine groepjes Nederlanders een guerrilla zijn begonnen tegen de Friezen. Terrorisme! roepen de Friese voorlichters op CNN, the are killing innocent Frisians! Intussen vraagt het Nederlandse volk: wat hebben wij voor leiders? Er volgt een militaire coup, en als Nederland probeert in het buitenland wapens te kopen, verovert de jonge Friese staat met een 'preventieve aanval' de rest van Nederland, plus stukken van Duitsland en België. Drommen niet-Friese Nederlanders vluchten de grens over naar Duitsland en België waar ook coups volgen: we moeten voorkomen dat de Friezen ons pakken! Intussen regeert het Frieze leger met harde hand over de bezette Nederlandse provincies, wurgt de economie en confisqueert de mooiste stukjes nederzettingen en speciale wegen van die nederzettingen naar Frisia. Dan komt er een vredesproces en krijgt Nederland Limburg, een stukje Brabant en een Zeeuws eiland aangeboden. Die brokjes mogen geen Nederland heten, Nederland mag geen leger hebben en alle grenzen worden bewaakt door Friese troepen.
Krijg je toch ineens een andere kijk, laat staan een ander gevoel. Wie nog vertrouwen had in de objectiviteit van de media kan dit boek maar beter niet lezen, maar wist je al dat de manipulatiemachine van de media op volle toeren draait, dan is dit boek een aanrader. Wie zijn vooroordelen bevestigd dan wel ontkracht wil zien, helaas. In 'Het zijn net mensen' staat geen enkel (voor)oordeel. Het is een journalistieke poging om te registreren wat er gebeurt in dictaturen. Schokkend!
Diederik en ik wensen iedereen die ons lief is hele fijne kerstdagen en een gezond, gelukkig en mooi 2008. Wij danken jullie voor alle liefdevolle woorden, gebaren en steun in het afgelopen jaar en zien vol goede moed uit naar een nieuw jaar, waarin we elke dag zullen plukken, hoop blijven houden en onze liefde met elkaar delen. Wij blijven ons pad lopen samen met jullie. Met een warme omhelzing van ons beiden, Diederik en Nelly
donderdag 20 december 2007
dinsdag 18 december 2007
Bijzondere ontmoetingen
Diep in mijn ziel
in een eindeloze zachtheid
waar ik mij welkom
en verbonden weet,
waar elke hunkering
vervaagt...
diep,
diep in jouw ziel
is een eindeloze zachtheid
waar jij je welkom
en verbonden weet,
waar elke hunkering
vervaagt...
laten we elkaar daar ontmoeten
De ontmoeting met Faith, die ik dinsdag omarmde, heeft voor een minder harde confrontatie gezorgd, dan bij ons laatste samenzijn. Brak, wankel, moe en ellendig voor enkele dagen, maar geen volledige ontreddering dit keer. Een meevaller gezien de mindere conditie waarin ik verkeerde voorafgaande aan mijn derde shot. Gisteren voor het eerst weer voorzichtig buiten geweest en vandaag weer een echte wandeling kunnen maken, zonder als een hijgend paard voort te schuifelen. Moe, hoe kan ik ooit moe geweest zijn voordat ik kanker kreeg? Vanmiddag werd mijn uitje in het park beloond met een bijzondere ontmoeting met een Manderijneend. Een zeldzame, prachtig gekleurde eend, die je weinig in Nederland tegenkomt en als je ze al ziet dan meestal in het oosten van het land. Wist op dat moment niet wat voor eend het was, maar ik was wel helemaal in verrukking. Hij was ongeloofljk tam en zwom sierlijk rondjes en even leek het alsof iemand een radiografisch bestuurbare siereend te water had gelaten. Geen fototoestel, dus het plaatje in mijn hoofd opgeslagen. Thuis gekomen direct naar Wikipedia gegaan en een voor een de eendsoorten nagelopen. Ja, hoor raak, snel wat plaatjes opgezocht en toegevoegd aan mijn webalbum. Wat een schoonheid. Mijn dag is weer helemaal goed. Zoen Nelly
in een eindeloze zachtheid
waar ik mij welkom
en verbonden weet,
waar elke hunkering
vervaagt...
diep,
diep in jouw ziel
is een eindeloze zachtheid
waar jij je welkom
en verbonden weet,
waar elke hunkering
vervaagt...
laten we elkaar daar ontmoeten
De ontmoeting met Faith, die ik dinsdag omarmde, heeft voor een minder harde confrontatie gezorgd, dan bij ons laatste samenzijn. Brak, wankel, moe en ellendig voor enkele dagen, maar geen volledige ontreddering dit keer. Een meevaller gezien de mindere conditie waarin ik verkeerde voorafgaande aan mijn derde shot. Gisteren voor het eerst weer voorzichtig buiten geweest en vandaag weer een echte wandeling kunnen maken, zonder als een hijgend paard voort te schuifelen. Moe, hoe kan ik ooit moe geweest zijn voordat ik kanker kreeg? Vanmiddag werd mijn uitje in het park beloond met een bijzondere ontmoeting met een Manderijneend. Een zeldzame, prachtig gekleurde eend, die je weinig in Nederland tegenkomt en als je ze al ziet dan meestal in het oosten van het land. Wist op dat moment niet wat voor eend het was, maar ik was wel helemaal in verrukking. Hij was ongeloofljk tam en zwom sierlijk rondjes en even leek het alsof iemand een radiografisch bestuurbare siereend te water had gelaten. Geen fototoestel, dus het plaatje in mijn hoofd opgeslagen. Thuis gekomen direct naar Wikipedia gegaan en een voor een de eendsoorten nagelopen. Ja, hoor raak, snel wat plaatjes opgezocht en toegevoegd aan mijn webalbum. Wat een schoonheid. Mijn dag is weer helemaal goed. Zoen Nelly
woensdag 12 december 2007
Faith maakt haar naam waar
Vanmorgen vroeg weer afgereisd naar de VU, na een onrustige nacht met weinig slaap veroorzaakt door een stel onrustige benen en een wakker hoofd. Vooral het gevolg van de Dexamethason, een medicijn dat ik slik om de bijwerkingen van de chemo tegen te gaan, maar weer allerlei andere onaangename effecten heeft. Daarbij ben ik vanaf woensdag in de slag geweest om de nodige griepverschijnselen met man en macht de kop in te drukken en daar ben ik, op een fikse keelpijn en een uitgeput lichaam na, redelijk in geslaagd. Zag natuurlijk wel met enige zorg uit naar mijn bloedbeeld, maar die heerlijke cellen van mij hebben zich niet laten kisten en op alle fronten keihard gewerkt zonder eraan onderdoor te gaan. Normaal gesproken ben ik altijd erg voorzichtig in mijn chemo periode en mijd ik zoveel mogelijk bacillen en dus mensen, maar dit keer kon ik de gezelligheid niet weerstaan. Dus het lot getart, terwijl de griep vrij uitbundig rondwaart en dat is vragen om moeilijkheden. Maar het is gelukkig zonder grote gevolgen gebleven. De CT-scan liet zien dat mijn foute cellen zich wel wat aantrekken van Faith en daar doe ik het voor. De afwijkingen zijn afgenomen, niet weg, maar wel minder en dat is voor nu goed nieuws. Ik ben nog nooit zo blij geweest dat ik weer aan het infuus mocht. Dat moest ik wel gelijk bekopen met een aantal misprikken, maar de derde keer was scheepsrecht. Vrijdag 4 januari krijg ik mijn laatste shot en nu maar hopen dat Faith genadeloos afrekent met de nog resterende tumorcellen. Deze week weer even onderduiken en zielig zijn, maar wel met een gerust gevoel en vertrouwen voor de nabije toekomst. Wij zijn druk bezig met plannen te maken voor een zonnig verblijf in Zuid Afrika, om even weg te zijn van het ziekenhuistraject en mijn herstel kracht bij te zetten. Heerlijk om naar uit te zien, maar nu met alle energie op voor de laatste twee ronden. Dank jullie wel voor alle liefdevolle support en tot gauw, met een omhelzing, Nelly
vrijdag 7 december 2007
Sinterklaas
Al jaren gaat de Sint aan mijn deur voorbij
maar gisteren, zowaar een pakje, ik helemaal blij.
Postbode Jan, met een kleur, het is van de VU
Vragend, weet je het zeker, "Wil je dit nu?".
Ja, had dan zelf nog een dag gewacht
te nieuwsgierig naar wat er voor mij was gebracht.
Had ik een prijs gewonnen als patiënte van het jaar?
voor onberispelijk gedrag, ja, zeg het maar.
Of was het vanwege het meewerken aan hun KTO?
Nog steeds geen idee, ik vond het maar zo, zo....
Dus dan de envelop maar opengerukt
en vervolgens zat ik minuten ademloos gebukt.
Boven een pakket CT-scans van het Havenziekenhuis uit oktober 2005
wat een schrikwekkend beeld, een halve witte long in mijn lijf.
Wit is het alarm voor foute cellen
het waren er ongelooflijk veel, niet te tellen.
Voor de longarts toentertijd, was dit waarschijnlijk al gesneden koek
terwijl hij mij voorzichtig stapje voor stapje meenam in de gevarendriehoek.
Ik had die eerste foto's nog nooit gezien
het deed me veel en ik telde tot tien...
Onmiddellijk de vraag: "Hadden ze bij dit beeld die kijkoperatie wel moeten doen?"
stop, niet verder denken, dit doet me geen goed, ik kan niet meer terug, dat was toen.
Ik ga nooit iets uit de weg en wil alles zien en weten.
maar nu werd ik wel heel hard terug in de tijd met de nodige vraagtekens gesmeten.
Een begeleidende brief, wat een kleine moeite zou zijn
en iets meer invoelend vermogen lijkt me de volgende keer wel fijn.
Het zal wel niet meer dan een administratieve handeling zijn geweest
en voor mij een onvergetelijk Sinterklaasfeest...
Maar retour afzender: Havenziekenhuis Rotterdam was beter geweest
maar gisteren, zowaar een pakje, ik helemaal blij.
Postbode Jan, met een kleur, het is van de VU
Vragend, weet je het zeker, "Wil je dit nu?".
Ja, had dan zelf nog een dag gewacht
te nieuwsgierig naar wat er voor mij was gebracht.
Had ik een prijs gewonnen als patiënte van het jaar?
voor onberispelijk gedrag, ja, zeg het maar.
Of was het vanwege het meewerken aan hun KTO?
Nog steeds geen idee, ik vond het maar zo, zo....
Dus dan de envelop maar opengerukt
en vervolgens zat ik minuten ademloos gebukt.
Boven een pakket CT-scans van het Havenziekenhuis uit oktober 2005
wat een schrikwekkend beeld, een halve witte long in mijn lijf.
Wit is het alarm voor foute cellen
het waren er ongelooflijk veel, niet te tellen.
Voor de longarts toentertijd, was dit waarschijnlijk al gesneden koek
terwijl hij mij voorzichtig stapje voor stapje meenam in de gevarendriehoek.
Ik had die eerste foto's nog nooit gezien
het deed me veel en ik telde tot tien...
Onmiddellijk de vraag: "Hadden ze bij dit beeld die kijkoperatie wel moeten doen?"
stop, niet verder denken, dit doet me geen goed, ik kan niet meer terug, dat was toen.
Ik ga nooit iets uit de weg en wil alles zien en weten.
maar nu werd ik wel heel hard terug in de tijd met de nodige vraagtekens gesmeten.
Een begeleidende brief, wat een kleine moeite zou zijn
en iets meer invoelend vermogen lijkt me de volgende keer wel fijn.
Het zal wel niet meer dan een administratieve handeling zijn geweest
en voor mij een onvergetelijk Sinterklaasfeest...
Maar retour afzender: Havenziekenhuis Rotterdam was beter geweest
maandag 3 december 2007
Geen 'glazen plafond', maar de 'glazen kooi'!
Een persoonlijke pleit voor meer vrouwen in de top en daarin sta ik niet alleen. Tijd voor aangepaste wetgeving, dwing het maar af, ik zie geen ‘glazen plafond’, maar wel ‘de glazen kooi’. Een vertrouwd samenzijn van mannelijke topbestuurders, die naar elkaar zitten te staren, zich in elkaar herkennen, door dezelfde bril kijken en (nog) niet bereid zijn een andere bril op te zetten. Bang voor statusverlies? Ze hebben een uitgesproken mening over het ontbreken van ambities bij vrouwen en dat vrouwen niet bereid zijn tot het uiterste te gaan. Onzin, een verkeerde vertaling van het feit dat de meeste vrouwen nu eenmaal minder bezig zijn met hun eigen positie of status en meer staan voor het belang van een organisatie. Daarmee dienen ze een breder belang, organisatorisch en maatschappelijk. Vrouwen redeneren vaak als volgt; eerst investeren dan volgen de resultaten, de waardering en een volgende carrièrestap. Met dat gedrag kom je niet in ‘de glazen kooi’; eerst de positie, status geborgd en daarna zien we wel, met als voorkomend bijverschijnsel, korte termijn handelen en veel ‘politiek’ gedoe. Zwart wit gesteld? Ja, misschien, maar in de tegenstellingen vinden we elkaar en dan ergens in het midden uitkomen, dat is wat ik ambieer, een 50/50 verhouding. Mijn generatie waarschijnlijk ten spijt, want veranderingen gaan nu eenmaal langzaam, maar voor de volgende generatie is het nog niet te laat.
Anno 2007 willen vrouwen zich niet meer aanpassen aan gedrag dat buiten zichzelf ligt om in de top te komen, om mee te mogen doen. Ze zijn zichzelf, met al hun kwaliteiten en daarmee vertegenwoordigen ze een enorme toegevoegde en economische waarde. Maar dan moet je dat wel willen (durven) zien! En laten we wel zijn, het gaat om harde cijfers en om statistieken. Vrouwen hebben over het algemeen betere studieresultaten. De productiviteit bij bedrijven gaat omhoog en het ziekteverzuim gaat omlaag bij vrouwelijk management. Uit recent onderzoek van Catalyst, een Amerikaans onderzoeksbureau, onder de 500 grootste bedrijven in Amerika blijkt dat het aandeelhoudersrendement van bedrijven met meer vrouwen in de top 53% hoger is dan bij door mannen geleide organisaties. Het verkoopresultaat ligt 42% hoger en het rendement op geïnvesteerd kapitaal is 66% hoger. Het aandeel dat vrouwen hebben in Nederlandse commissariaten is slechts 6,5 procent; in Zweden 21% (Vrouwen in Beeld, december 2006). Wanneer je kijkt naar regeringsfuncties dan kom je hetzelfde tegen. Noorwegen, een van de rijkste landen in de wereld, heeft wel de meeste vrouwen in de regering. De ‘glazen kooi’ kost Nederland volgens een schatting van het Ministerie van Financiën jaarlijks een kleine 10 miljard aan economische groei.
Noorwegen heeft vorig jaar wetgeving ingevoerd om gender balance aan de top te realiseren. Dat betekent dat ondernemingsbesturen voortaan voor minimaal 40 procent uit vrouwen moet bestaan. De Spaanse premier Zapatero heeft inmiddels aangekondigd soortgelijke wetgeving in Spanje te willen introduceren. Wij zijn toch zo’n vooruitstrevend land? “Kom op Jan Peter”, nu ken ik er twee op een positie die er toe doet, dus dat kan helpen, “doe er wat aan!”
Geen ‘glazen plafond’, geen ‘glazen kooi’, maar een transparante organisatie waar mannen en vrouwen elkaar versterken en waarderen, om de kwaliteiten die ze, ieder voor zich, in huis hebben. Ik ben al zover en jullie? Zoen Nelly
Anno 2007 willen vrouwen zich niet meer aanpassen aan gedrag dat buiten zichzelf ligt om in de top te komen, om mee te mogen doen. Ze zijn zichzelf, met al hun kwaliteiten en daarmee vertegenwoordigen ze een enorme toegevoegde en economische waarde. Maar dan moet je dat wel willen (durven) zien! En laten we wel zijn, het gaat om harde cijfers en om statistieken. Vrouwen hebben over het algemeen betere studieresultaten. De productiviteit bij bedrijven gaat omhoog en het ziekteverzuim gaat omlaag bij vrouwelijk management. Uit recent onderzoek van Catalyst, een Amerikaans onderzoeksbureau, onder de 500 grootste bedrijven in Amerika blijkt dat het aandeelhoudersrendement van bedrijven met meer vrouwen in de top 53% hoger is dan bij door mannen geleide organisaties. Het verkoopresultaat ligt 42% hoger en het rendement op geïnvesteerd kapitaal is 66% hoger. Het aandeel dat vrouwen hebben in Nederlandse commissariaten is slechts 6,5 procent; in Zweden 21% (Vrouwen in Beeld, december 2006). Wanneer je kijkt naar regeringsfuncties dan kom je hetzelfde tegen. Noorwegen, een van de rijkste landen in de wereld, heeft wel de meeste vrouwen in de regering. De ‘glazen kooi’ kost Nederland volgens een schatting van het Ministerie van Financiën jaarlijks een kleine 10 miljard aan economische groei.
Noorwegen heeft vorig jaar wetgeving ingevoerd om gender balance aan de top te realiseren. Dat betekent dat ondernemingsbesturen voortaan voor minimaal 40 procent uit vrouwen moet bestaan. De Spaanse premier Zapatero heeft inmiddels aangekondigd soortgelijke wetgeving in Spanje te willen introduceren. Wij zijn toch zo’n vooruitstrevend land? “Kom op Jan Peter”, nu ken ik er twee op een positie die er toe doet, dus dat kan helpen, “doe er wat aan!”
Geen ‘glazen plafond’, geen ‘glazen kooi’, maar een transparante organisatie waar mannen en vrouwen elkaar versterken en waarderen, om de kwaliteiten die ze, ieder voor zich, in huis hebben. Ik ben al zover en jullie? Zoen Nelly
zondag 25 november 2007
Vervulling
Het beste van voor jaren dringt vanavond tot mij door.
Al je gewone vragen vinden weer gehoor.
Regent het. Ja het regent. Goede nacht.
Laten we nu gaan slapen, zeg je zacht.
Wij luisteren en liggen. Wind beweegt het raam,
Blijf zo maar liggen, zeg ik, en ik noem je naam.
Alles wat antwoord is gaat van mij uit.
Je wordt vervuld van de oneindigheid.
Gerrit Achterberg
Weer opgekrabbeld uit de schemerzone, de onwerkelijkheid, het niet willen zijn in een lichaam dat geteisterd wordt door ongekende krachten die me gegijzeld houden in een afschrikwekkende achtbaan die maar niet tot stilstand lijkt te komen. Op zaterdagochtend, het basisstation weer in zicht, uitstappen, afschudden en lopen…. verder, nog verder…. Ik ben er weer, ik kom er wel... bijna thuis. Liefs Nelly
Al je gewone vragen vinden weer gehoor.
Regent het. Ja het regent. Goede nacht.
Laten we nu gaan slapen, zeg je zacht.
Wij luisteren en liggen. Wind beweegt het raam,
Blijf zo maar liggen, zeg ik, en ik noem je naam.
Alles wat antwoord is gaat van mij uit.
Je wordt vervuld van de oneindigheid.
Gerrit Achterberg
Weer opgekrabbeld uit de schemerzone, de onwerkelijkheid, het niet willen zijn in een lichaam dat geteisterd wordt door ongekende krachten die me gegijzeld houden in een afschrikwekkende achtbaan die maar niet tot stilstand lijkt te komen. Op zaterdagochtend, het basisstation weer in zicht, uitstappen, afschudden en lopen…. verder, nog verder…. Ik ben er weer, ik kom er wel... bijna thuis. Liefs Nelly
woensdag 21 november 2007
Op stap met Faith
Vanmorgen de tweede sessie van mijn derde kuur ingegaan. Mijn bloedcellen; de rode en witte bloedlichaampjes en de bloedplaatjes waren dik in orde. "Goed zo Faith, houd je vooral bezig met de kankercellen en laat de rest van mijn waardevolle cellen zoveel mogelijk met rust!" Vanmiddag tijdens mijn dagelijkse wandeling voelde ik de eerste tekenen dat Faith aan het landen is; kortademig, pap in de benen en een koud lijfje. Ga zo in bad en dan lekker mijn mandje in. Vanaf morgen morgen ben ik paar dagen uit de lucht, want Faith heeft mij hard nodig om haar goede werk te kunnen doen. Over drie weken heb ik een CT-scan om te zien of Faith resulaten boekt , dit als voorwaarde om de kuur te kunnen vervolgen. Toen ik aan mijn arts vroeg of er bij een goed resultaat nog één of twee sessies zouden volgen dacht hij even na om vervolgens te antwoorden: "Tja, één of twee, dat kunnen we doen, maar eigenlijk weet ik het niet. We hebben niet veel ervaring met patiënten die toekomen aan een vierdelijnsbehandeling, maar zolang de bijwerkingen en het resulaat elkaar in evenwicht houden stel ik voor dat we door gaan". Mijn antwoord: "Ik ga gewoon door hoor, ik ben nog lang niet klaar." Laat mij maar buiten alle statistieken vallen! Ik vind het overigens uitermate prettig als mijn arts eerlijk is in zijn antwoorden, wat hij weet dat weet hij en als hij het niet weet dan geeft hij dat ook aan. Tot over een paar dagen, lieve groet Nelly
zaterdag 17 november 2007
Ik geef je kracht
Vrijdag de 16de was het twee jaar geleden dat de diagnose werd gesteld... Een droeve dag om aan terug te denken, maar 'vandaag de dag' tevens een dag om stil te staan bij het gegeven dat ik wel mooi twee jaar verder ben. Verder dan ik twee jaar geleden had kunnen bedenken; in de tijd, in mijn ontwikkeling en in mijn leven. Geen jaren waarin ik alleen maar getekend en geketend ben door mijn ziekte, maar twee jaar waarin ik, ondanks verdriet en pijn, gevormd en gegroeid ben om het leven te omarmen met een ongeneeslijke ziekte. Deze jaren maken me mooier, niet 'ouder', wel wijzer. De tweede sessie van mijn derde chemokuur staat voor de deur, aanstaande dinsdag mag Faith weer aantreden. Na vijf dagen afzien heb ik de afgelopen twee weken goed kunnen opbouwen en mijn conditie is weer bijna helemaal op peil. Ik doe weer lekker mee en als ik ongemerkt dan soms toch teveel hooi op mijn vork neem, dan word ik vanzelf terecht gewezen. In zijn totaliteit kan ik goed merken dat mijn conditie beter is dan vorig jaar toen ik dezelfde chemokuur kreeg rond deze tijd. Ik herstel sneller, ben minder moe en ik kan veel meer doen. Nu, na twee weken kan ik oprecht zeggen dat ik er weer klaar voor ben, de volgende ronde. Fijn is anders, maar ik kan het aan. Faith mag haar werk doen en ik zal haar alle ruimte en samenwerking bieden. Ik geloof in haar en in mezelf, wij hebben de kracht. Nog twee dagen vrij om te genieten en me geestelijk en lichamelijk voor te bereiden. Met jullie aan mijn zijde, als een warm bad koester ik jullie liefhebbende woorden en steun. Zoen Nelly
“Hoe doe je dat eigenlijk Poeh?” “Hoe doe ik wat?” vroeg Poeh. “Zo moeiteloos worden.” “Och ik doe niet zoveel van ’t een of ’t ander,” zei hij. “Maar al die dingetjes van je worden toch maar gedaan.” “Die gebeuren gewoon zo’n beetje,” zei hij. “Wacht eens. Dat doet me denken aan iets uit de ‘Tao te Ching’,“ zei ik en greep naar een boek “Hier heb je ‘t, hoofdstuk zevenendertig. Vertaald wordt het zoiets als ‘Tao handelt niet, maar niets wordt niet gedaan’.” “Dat klinkt als een raadsel,“ zei Poeh. “Het betekent dat Tao niet ingrijpt in de dingen, ze niet forceert, maar ze op hun eigen manier te werk laat gaan, om op een natuurlijke manier tot resultaten te komen. Alles wat er gedaan moet worden wordt dan gedaan.” “O ja”, zei Poeh. “In het Chinees zou dat principe Wei Woe Wei heten ‘doen zonder te doen’. Van Wei Woe Wei komt Tzoe Jan, ‘Zelf Zo’. Dat betekent dat de dingen vanzelf gebeuren, spontaan”. “O ja”, zei Poeh.
Tao van Poeh, Benjamin Hoff
“Hoe doe je dat eigenlijk Poeh?” “Hoe doe ik wat?” vroeg Poeh. “Zo moeiteloos worden.” “Och ik doe niet zoveel van ’t een of ’t ander,” zei hij. “Maar al die dingetjes van je worden toch maar gedaan.” “Die gebeuren gewoon zo’n beetje,” zei hij. “Wacht eens. Dat doet me denken aan iets uit de ‘Tao te Ching’,“ zei ik en greep naar een boek “Hier heb je ‘t, hoofdstuk zevenendertig. Vertaald wordt het zoiets als ‘Tao handelt niet, maar niets wordt niet gedaan’.” “Dat klinkt als een raadsel,“ zei Poeh. “Het betekent dat Tao niet ingrijpt in de dingen, ze niet forceert, maar ze op hun eigen manier te werk laat gaan, om op een natuurlijke manier tot resultaten te komen. Alles wat er gedaan moet worden wordt dan gedaan.” “O ja”, zei Poeh. “In het Chinees zou dat principe Wei Woe Wei heten ‘doen zonder te doen’. Van Wei Woe Wei komt Tzoe Jan, ‘Zelf Zo’. Dat betekent dat de dingen vanzelf gebeuren, spontaan”. “O ja”, zei Poeh.
Tao van Poeh, Benjamin Hoff
donderdag 8 november 2007
De levenskuur
Groot lijden maakt klein verdriet nauwelijks voelbaar. Ook het omgekeerde is waar: bij het uitblijven van groot lijden kwellen zelfs de onbelangrijkste pijnen en ergernissen ons. Als je leeft met een levensbedreigende ziekte verdwijnen al je andere problemen als sneeuw voor de zon. Geen psychotherapie kan op tegen het hebben van een ongeneeslijke ziekte. Je komt dichter bij jezelf dan ooit, je leert alle uithoeken van je emoties, je spirit, je geest, je kracht en van je uithoudingsvermogen in een versneld tempo ontdekken. Je overstijgt je allergrootste angsten en je maakt , naast alle pijn en verdriet, ook verbinding met een enorme levenslust, tevredenheid, schoonheid, liefde en zachtheid. Alles waarin het in het leven echt over gaat dient zich bij je aan. Je leert relativeren en wat belangrijk is tekent zich duidelijker dan ooit voor je af. Prioriteiten stellen, keuzes maken, nee zeggen, het gaat me een stuk makkelijker af. Ik moet wel, want tijd en energie zijn schaars in mijn huidige leven met kanker. De goede tijd is er om te genieten, samen met Diederik en onze dierbare vrienden en familie. Het samenzijn met diegenen die ons lief zijn verrijkt ons leven, verrijkt onze tijd en ik hoop dat ook zij dat zo ervaren. Er is geen plaats meer voor ongevoeligheid, onbeduidendheid, ruzie om niets, we hebben geen ruimte voor ‘gedoe’. Nietszeggendheid en louter beleefdheden slaan dood, hoe kan het nergens over gaan? We hebben afstand genomen van pappen en nathouden, van ego’s die alleen maar aandacht vragen en een enkele keer heeft dat zelfs geleid tot een breuk met mensen in onze nabije omgeving. Ingegeven door hun totale gebrek aan inlevingsvermogen en begrip voor het leven dat wij nu leiden, maar ook simpelweg omdat zij niet in staat waren er voor ons te zijn in een periode van ons leven waarin wij minder in staat zijn om terug te geven. Wij kiezen er voor geen negatieve energie meer toe te laten, dit gaat ten koste van onze gezondheid en van ons welzijn. Wij zijn veranderd, ons leven heeft noodgedwongen een hele andere wending gekregen en het is begrijpelijk dat relaties zich nu scherper aftekenen. Onze directe confrontatie met ziek zijn en de eindigheid van leven, vraagt niet alleen veel van onszelf, maar ook van iedereen om ons heen. Ziekte en dood zijn geen dagelijkse onderwerpen voor de meesten van ons en hoe verhoud je je daartoe? Het is veel gevraagd, dat realiseren we ons en daarom voelen we eens te meer hoe ongelooflijk rijk we zijn met zoveel mensen om ons heen die dichterbij zijn gekomen, er zijn zonder te vragen, onvoorwaardelijk geven, ons laten delen in hun dagelijks leven, die stil zijn wanneer er geen woorden meer zijn, ons vasthouden en de verbinding blijven maken in goede en slechte tijden, met een lach en een traan. Dank dat jullie er zijn, met een omhelzing van ons beiden, Nelly
zondag 4 november 2007
In de luwte
Tot woensdag 16.00 uur hield Faith zich rustig om daarna in alle hevigheid aan te kloppen. Van het één op andere moment onderuit, zo gaat het. Een mildere chemokuur Alimta, ja in verhouding tot mijn eerste kuur zeker, maar als je niet beter weet dan blijft het toch gewoon afzien. Als mij gevraagd wordt wat ik voel dan is dat moeilijk te omschrijven omdat mijn lichaam sensaties ervaart die ik voorheen niet kende, die ik niet kan vergelijken met andere ongemakken en die ik gelukkig, na de grootste klap, ook weer snel geneigd ben te vergeten. Al raak ik bij bepaalde associaties nog steeds behoorlijk van slag. Een shampoo, die ik gebruikte tijdens mijn eerste kuur, kan ik nu niet meer ruiken zonder misselijk te worden. Een dure gezichtscrème is zo ook in de prullenbak beland en vruchtensap uit een pak is nog steeds ondrinkbaar. Met kanker verleg je ongekende grenzen, het doel heiligt de middelen, de middelen worden je maatjes en er is veel veroorloofd in de strijd tegen de ongeremde kwaadaardige cellen. Ik weet waarvoor ik het doe, ik draag het en laat het over me heenkomen, maar in het oog van de storm raak ik mezelf tijdelijk helemaal kwijt. De chemo neemt bezit van me, mijn lichaam is niet meer van mij; koude en warmte rillingen, hartkloppingen, benauwd, onrustige ledematen, een overprikkeld zenuwstelsel, moe, moe en doodmoe, te moe om te praten, te lezen of wat dan ook, slecht kunnen slapen, een op en neer gaand gevoel van algehele misselijkheid, nergens rust kunnen vinden, geen houding die goed voelt, labiel en huilerig en vreselijk met mezelf te doen. In stilte een zielig vogeltje, een brak gebakje, hulpeloos en hopeloos, verloren en verdrietig. Ondergaand tot ik een paar dagen later wakker word en constateer dat de storm in kracht is afgenomen. Dat ik kan opstaan, mezelf kan douchen en aankleden zonder instortingsgevaar. Mijn boek weer kan oppakken en kan lezen, zin heb om te praten, naar buiten kan kijken en glimlach omdat ik mezelf alweer zoveel beter voel. Het ergste heb ik nu gehad en ik ben dankbaar om boven te komen. Er komen weer betere tijden. Dank jullie wel voor het vertrouwen, alle lieve steun en bemoedigende woorden, liefs Nelly.
dinsdag 30 oktober 2007
Faith
Mijn derde chemokuur is gedoopt en heeft de naam Faith meegekregen. Een naam die me letterlijk in de schoot geworpen werd aan de hand van een kaartje uit mijn dolfijnenserie: “Have Faith, your prayers are manifesting. Remain positive, and follow your guidance.”. Mijn anker voor de komende behandeling.
Na dinsdag heb ik de dagen nogal wisselend beleefd. Woensdag kon ik mijn gedachten niet bij het hier en nu houden en gingen ze met me op de loop. Dat ging weer gepaard met veel emoties en tranen; de toekomst, hoe lang nog, wat staat me te wachten en wat kan ik nog dragen? Hoe kan ik mezelf heel houden terwijl er zoveel van me gevraagd wordt? De rust vinden om naar binnen te gaan, bij mezelf te blijven, vertrouwen te houden en te zijn wie ik nu ben? Het lukt me elke keer weer en ook nu weer, mijn innerlijke rust die me onderdeel laat zijn van het leven en niet alleen van mijn ziekte. Van de week in gesprek met vrienden heb ik gesproken over de zichtbare verandering in mijn benadering en beleving van mijn ziekte. Met daarbij de centrale vraag of ik meer berustte in mijn ziekte. Het is geen berusting wat ik voel, maar ik word ook niet meer volledig beheerst door mijn ziekte zoals in het eerste jaar. Dat jaar werd grotendeels bepaald door grote onzekerheid, behandelingen, uitslagen, angst, verdriet en wanhoop. Ik ben conditioneel, zowel lichamelijk als geestelijk, gegroeid waarbij mijn vertrouwen is toegenomen. Het is niet zomaar afgelopen, ik heb al veel gewonnen in de afgelopen twee jaar en ik weet niet wat er nog meer in zit, maar het komt me toe! Ik heb alles op alles gezet om het optimale en zelfs naar het leek het onmogelijke uit mijn behandelingen te halen en daar zijn we in geslaagd. De realiteit gebiedt me te zeggen dat het behandelscenario nu een stuk beperkter is geworden. Daar heb ik mee te dealen. Daarbij is er een afweging bijgekomen en wel die van kwaliteit van leven. Een zware chemokuur zoals de eerste die ik heb gekregen zou ik niet nogmaals overdoen. Zo’n kuur hakt er onevenredig in en weegt niet op tegen de maanden die ik daar mee zou winnen. Want zo is het medisch gezien wel, een chemokuur in deze fase,en dan moet deze ook nog aanslaan, staat statistisch voor een paar maanden extra en niet voor genezing. We hebben ons vanaf het begin af aan verdiept in de behandelmogelijkheden, ook over de grenzen heen en we zijn tot nu toe steeds bevestigd in de keuzes die we hebben gemaakt. Dat geeft ook rust in het hele proces, we hebben de regie zelf in handen. Ik zou nog kunnen kiezen voor experimentele behandelingen, maar zover ben ik (nog) niet en ik weet ook niet of ik dat wel wil. Steeds dicht bij me zelf blijven en mijn hart volgen in vertrouwen dat we het juiste doen. Ja, nog net zo strijdlustig van binnen en met een grote levenslust blijf ik mijn pad vervolgen. In de wetenschap dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn en er heel veel mensen met mij meelopen die alle bronnen van positieve energie inzetten om mij te omringen met kracht en liefde. Samen zijn we sterk. Morgen om 10.45 uur vervolg ik mijn behandeling die het goede werk voortzet. “Have Faith!”. Met een omhelzing en een warme groet, Nelly
Na dinsdag heb ik de dagen nogal wisselend beleefd. Woensdag kon ik mijn gedachten niet bij het hier en nu houden en gingen ze met me op de loop. Dat ging weer gepaard met veel emoties en tranen; de toekomst, hoe lang nog, wat staat me te wachten en wat kan ik nog dragen? Hoe kan ik mezelf heel houden terwijl er zoveel van me gevraagd wordt? De rust vinden om naar binnen te gaan, bij mezelf te blijven, vertrouwen te houden en te zijn wie ik nu ben? Het lukt me elke keer weer en ook nu weer, mijn innerlijke rust die me onderdeel laat zijn van het leven en niet alleen van mijn ziekte. Van de week in gesprek met vrienden heb ik gesproken over de zichtbare verandering in mijn benadering en beleving van mijn ziekte. Met daarbij de centrale vraag of ik meer berustte in mijn ziekte. Het is geen berusting wat ik voel, maar ik word ook niet meer volledig beheerst door mijn ziekte zoals in het eerste jaar. Dat jaar werd grotendeels bepaald door grote onzekerheid, behandelingen, uitslagen, angst, verdriet en wanhoop. Ik ben conditioneel, zowel lichamelijk als geestelijk, gegroeid waarbij mijn vertrouwen is toegenomen. Het is niet zomaar afgelopen, ik heb al veel gewonnen in de afgelopen twee jaar en ik weet niet wat er nog meer in zit, maar het komt me toe! Ik heb alles op alles gezet om het optimale en zelfs naar het leek het onmogelijke uit mijn behandelingen te halen en daar zijn we in geslaagd. De realiteit gebiedt me te zeggen dat het behandelscenario nu een stuk beperkter is geworden. Daar heb ik mee te dealen. Daarbij is er een afweging bijgekomen en wel die van kwaliteit van leven. Een zware chemokuur zoals de eerste die ik heb gekregen zou ik niet nogmaals overdoen. Zo’n kuur hakt er onevenredig in en weegt niet op tegen de maanden die ik daar mee zou winnen. Want zo is het medisch gezien wel, een chemokuur in deze fase,en dan moet deze ook nog aanslaan, staat statistisch voor een paar maanden extra en niet voor genezing. We hebben ons vanaf het begin af aan verdiept in de behandelmogelijkheden, ook over de grenzen heen en we zijn tot nu toe steeds bevestigd in de keuzes die we hebben gemaakt. Dat geeft ook rust in het hele proces, we hebben de regie zelf in handen. Ik zou nog kunnen kiezen voor experimentele behandelingen, maar zover ben ik (nog) niet en ik weet ook niet of ik dat wel wil. Steeds dicht bij me zelf blijven en mijn hart volgen in vertrouwen dat we het juiste doen. Ja, nog net zo strijdlustig van binnen en met een grote levenslust blijf ik mijn pad vervolgen. In de wetenschap dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn en er heel veel mensen met mij meelopen die alle bronnen van positieve energie inzetten om mij te omringen met kracht en liefde. Samen zijn we sterk. Morgen om 10.45 uur vervolg ik mijn behandeling die het goede werk voortzet. “Have Faith!”. Met een omhelzing en een warme groet, Nelly
woensdag 24 oktober 2007
Driemaal is scheepsrecht!
De VU, dinsdagmorgen 8.45 uur. Voorafgaand aan de CT-scan krijg ik een infuus ingebracht voor de contrastvloeistof. De jongeman, die mij hielp kon geen ader vinden om te prikken. Dan gaan bij mij meteen de alarmbellen af. “Hij is nog aan het leren!”. Geen enkel probleem, maar ik voel er niet zoveel voor om proefkonijn te zijn. Als je twee keer hebt meegemaakt hoe het is als ze misprikken, dan weet je: dit gebeurt mij niet nog een derde keer. Gaf nog even mee, door mijn andere arm aan te bieden, terwijl ik eigenlijk al wist dat dit niets zou uitmaken. Flink kloppen, natmaken, voelen en na enige herhaling hoorde ik een twijfelachtig: “Ik ga het proberen.”. Waarop ik zei: “Je prikt me maar één keer en als het niet goed is, ga ik slaan.”. Weliswaar op zijn allercharmantst en met een glimlach, maar dat de boodschap wel overkwam. Komt er op dat moment een stevige man binnengelopen die vriendelijk vraagt: “Gaat alles goed mevrouw?“. Voor wiens bescherming hij er bijkwam, weet ik niet, maar we voelden ons beiden een stuk zekerder toen hij opmerkte dat dit een prima ader was. Het prikken verliep prima.
De CT-scan liet zien dat de afwijkingen weer zijn toegenomen en de grootste is nu circa 7,1 mm. Er zijn meer witte ‘spots’ zichtbaar in mijn long, wat duidt op stuwing in de lymfeklieren. Volgende week dinsdag start ik weer met de chemokuur Alimta. Voorlopig twee kuren met een tussenperiode van drie weken en dan volgt wederom een CT-scan om te kijken of de kuur aanslaat. Doet de chemo zijn werk, dan volgen er nog één of twee kuren. Ik was dit keer erg rustig, veel minder spanning en geen tranendal na afloop, zoals bij de vorige twee bezoeken aan de VU. Had er toch al ernstig rekening mee gehouden, al blijf ik natuurlijk altijd hopen op ander wonderbaarlijk nieuws. Na exact elf maanden vrij te zijn geweest van behandelingen kan ik weer aan de bak. Ik hoop dat de bijwerkingen ook dit keer mild zullen zijn, dan is het goed te doen, al is het uiteraard geen feestje.
De huisarts heeft inmiddels laten weten dat de echo van mijn buik en het bloedonderzoek niets hebben opgeleverd. Daar was ik wel en niet blij mee, dat kunnen jullie je waarschijnlijk wel voorstellen. Vanmorgen heb ik de hardnekkige problemen rond mijn maag en darmen ook besproken met de longarts. Hij vond mijn klachten herkenbaar en deze zijn volgens hem terug te leiden tot de operatie. Door het verwijderen van mijn long zijn mijn middenrif en maag naar boven opgeschoven, wat zorgt voor veel luchtvorming en alle klachten die daar weer uit voortkomen met betrekking tot de spijsvertering. Het is een vervelend en bij tijd en wijle pijnlijk euvel waar weinig aan te doen is, alleen in geval van zeer ernstige klachten wordt nog wel eens een operatie overwogen. Daar is voorlopig geen sprake van. Inmiddels is het een stuk rustiger in mijn buik en er is nu weer goed mee te leven. Ik heb weer genoeg op mijn bordje dus laat mij op andere lichamelijke fronten maar weer even met rust. Steek gerust een kaarsje op, ik kan wel weer wat energie, warmte en licht gebruiken. Lieve groet Nelly
De CT-scan liet zien dat de afwijkingen weer zijn toegenomen en de grootste is nu circa 7,1 mm. Er zijn meer witte ‘spots’ zichtbaar in mijn long, wat duidt op stuwing in de lymfeklieren. Volgende week dinsdag start ik weer met de chemokuur Alimta. Voorlopig twee kuren met een tussenperiode van drie weken en dan volgt wederom een CT-scan om te kijken of de kuur aanslaat. Doet de chemo zijn werk, dan volgen er nog één of twee kuren. Ik was dit keer erg rustig, veel minder spanning en geen tranendal na afloop, zoals bij de vorige twee bezoeken aan de VU. Had er toch al ernstig rekening mee gehouden, al blijf ik natuurlijk altijd hopen op ander wonderbaarlijk nieuws. Na exact elf maanden vrij te zijn geweest van behandelingen kan ik weer aan de bak. Ik hoop dat de bijwerkingen ook dit keer mild zullen zijn, dan is het goed te doen, al is het uiteraard geen feestje.
De huisarts heeft inmiddels laten weten dat de echo van mijn buik en het bloedonderzoek niets hebben opgeleverd. Daar was ik wel en niet blij mee, dat kunnen jullie je waarschijnlijk wel voorstellen. Vanmorgen heb ik de hardnekkige problemen rond mijn maag en darmen ook besproken met de longarts. Hij vond mijn klachten herkenbaar en deze zijn volgens hem terug te leiden tot de operatie. Door het verwijderen van mijn long zijn mijn middenrif en maag naar boven opgeschoven, wat zorgt voor veel luchtvorming en alle klachten die daar weer uit voortkomen met betrekking tot de spijsvertering. Het is een vervelend en bij tijd en wijle pijnlijk euvel waar weinig aan te doen is, alleen in geval van zeer ernstige klachten wordt nog wel eens een operatie overwogen. Daar is voorlopig geen sprake van. Inmiddels is het een stuk rustiger in mijn buik en er is nu weer goed mee te leven. Ik heb weer genoeg op mijn bordje dus laat mij op andere lichamelijke fronten maar weer even met rust. Steek gerust een kaarsje op, ik kan wel weer wat energie, warmte en licht gebruiken. Lieve groet Nelly
woensdag 17 oktober 2007
Herfstblues
Vanmorgen een afspraak gehad met de KNO-arts om naar mijn verlamde stemband te laten kijken. Ik voel steeds meer weerstand om een ziekenhuis te betreden en ik moest dan ook mijn best doen om niet weer linea recta in de draaideur naar buiten te stappen. Maar daar wachtte me een muur van sigarettenrook, ook al geen bemoedigend vooruitzicht. Nog geen halve meter van de ingang kunnen de rokers zich niet meer bedwingen om hun stinkvervelende verslaving met anderen te delen. Soms in ochtendjas en pantoffels nog aan de infuuspaal gekluisterd, wat een armoede. Toch doorgezet om me bij de balie te melden, het was maar voor een controle. Mijn stemband is, een half jaar na behandeling, nog steeds in beweging. Mijn stem wordt zo langzamerhand wel weer wat minder, maar ik ben nog steeds goed te verstaan en het belangrijkste van alles is dat ik niet bij elke zin halverwege naar lucht hoef te happen, dat kost me zoveel energie. Wel blijft het een gegeven dat ik in gezelschap de kans moet krijgen om iets te zeggen en mensen me even de tijd geven voordat ze zelf weer het woord nemen. Boeiende ervaring voor iemand die in het verleden nooit moeite hoefde te doen om aan het woord te komen. Enfin, we hebben in overleg met de KNO-arts besloten om even helemaal niets te doen en af te wachten hoe het zich ontwikkelt. Ik kan altijd nog kiezen voor een nieuwe inspuiting of een operatie. Voorlopig dan ook geen nieuwe afspraak gemaakt, als het nodig is kunnen we zo weer terecht. Donderdag aanstaande heb ik een afspraak om een echo te laten maken en bloed te laten prikken. De klachten rondom mijn maag en darmen zijn inmiddels wel wat afgenomen en dat geeft de burger weer moed. Wat ik zo moeilijk vind aan mijn uiteenlopende kwalen en problemen is dat ik op een aantal fronten geen enkele duidelijkheid krijg waardoor mijn klachten veroorzaakt worden, laat staan dat ik weet hoe ik er het beste vanaf kan komen. Naast de emotionele onzekerheid die ik elke keer heb of mijn kwaadaardige cellen hier niet aan het opspelen zijn, ook al ben ik op de hoogte van de meest logische wegen voor eventuele uitzaaiingen. Maar welke ‘logica’ volgt kanker? Heb nog steeds veel vertrouwen in mezelf ook al knaagt en kraakt het af en toe in de geledingen.
Was vanmorgen aangedaan door het neerhalen van een hele rij prachtige oude bomen langs de kade achter ons huis. Al jarenlang verdwijnen er op deze manier monumentale bomen uit onze wijk om vervolgens vervangen te worden door jonge aanplanting. Bomen groeien langzaam en zo duurt het nog decennia voordat er weer iets moois staat. Zo’n kaal en naargeestig gezicht, kan daar wat somber van worden. Nog een extra dimensie in de verandering van jaargetijde waar de herfstblues zich bij mij aandient. Straks maar even naar buiten om wat zonne-energie op te snuiven. Liefs Nelly
Was vanmorgen aangedaan door het neerhalen van een hele rij prachtige oude bomen langs de kade achter ons huis. Al jarenlang verdwijnen er op deze manier monumentale bomen uit onze wijk om vervolgens vervangen te worden door jonge aanplanting. Bomen groeien langzaam en zo duurt het nog decennia voordat er weer iets moois staat. Zo’n kaal en naargeestig gezicht, kan daar wat somber van worden. Nog een extra dimensie in de verandering van jaargetijde waar de herfstblues zich bij mij aandient. Straks maar even naar buiten om wat zonne-energie op te snuiven. Liefs Nelly
woensdag 10 oktober 2007
Laatste zonnestralen
Wel terug van Ibiza, maar nog steeds in Spanje, genietend van de hartverwarmende gastvrijheid van onze vriendinnen Brigitte en Marti. Kreeg al welkom thuis mail, maar dat kan nog even wachten, morgenavond vliegen we terug naar Rotterdam. Nu nog genieten van de laatste zonnestralen en een temperatuur van rond de 26 graden. Heerlijk, dat licht en die warmte, zal dat weer missen straks. Diederik is gisteren 51 geworden en dat hebben we gevierd met een uitstapje naar Murcia, prachtige stad, uurtje rijden vanaf Orihuela Costa, onze verblijfplaats hier. Heb gisteren, als verjaarscadeau van mijn schoonpapa, voor het eerst van mijn leven een iPod (Nano) gekocht. Helemaal blij met mijn nieuwe speeltje; muziek, video's, foto's en dat allemaal op een apparaatje van 7 bij 5 cm en bijna zo plat als een creditcard. Als jullie nog mooie muziek, of filmpjes kunnen aanbevelen dan hoor ik dat graag. Liep ik vroeger dag en nacht met mijn oortje van mijn mobiele telefoon rond, nu wordt het mijn iPod, in beide gevallen alleen via oogcontact bereikbaar. De lichamelijke ongemakken houden aan en vragen om nader onderzoek, dus een bezoek aan de huisarts gepland en alvast een afspraak gemaakt om een echo te laten maken. Weet hoe kostbaar het is om je gezond en fit te voelen, in niets te overtreffen, om elke dag even bij stil te staan en dankbaar voor te zijn. Alles is vanzelfsprekend tot niets vanzelfsprekend meer is. Ik ga mijn tas pakken voor onze laatste stranddag, me verheugend op het geruststellende geruis van de zee, het geroezemoes van de strandgangers en een verkwikkend maar aangenaam bad van 23 graden. Tot in Nederland, met een warme omhelzing Nelly
zondag 7 oktober 2007
Ibiza
We zijn vrijdag teruggekomen van onze trip naar Ibiza (Catalaans: Eivissa). Met de boot zijn we vanaf Denia overgevaren naar Ibiza stad. Ibiza is vooral bekend vanwege het uitgaansleven, in de grootste club van het eiland is capaciteit voor zo'n 10.000 gasten. Dit vindt voornamelijk plaats in het hoogseizoen, want Ibiza was nu uitgefeest. De terassen waren leeg en de tafels en stoelen stonden opgestapeld. Afgelopen weekend waren de closingparty's. Nu zeg ik er maar meteen bij dat wij niet voor het uitgaansleven zijn afgereisd. Ik was al nooit een avondmens en tegenwoordig zijn mijn batterijen rond de klok van tien/elf uur helemaal leeg. Dat sluit in het geheel niet aan bij het nachtleven op Ibiza. Wij hebben vooral genoten van de natuurschoon; de vele baaien, de weidse uitzichten, het heuvelachtige landschap, de pijnbomen en de oogst van het Johannesbrood, een eetbare peul die we in een oeroud Hollands verleden ook nog aten en een onaantrekkelijke geur afscheidt. Een staartje van het noodweer meegemaakt dat Mallorca heeft overspoeld en twee dagen tussen de buien en het onweer door gelaveerd. In ons hotel werden we door de barman dagelijks getrakteerd op smeuiige verhalen over alle beroemdheden die het eiland met regelmaat aandoen. De BN'ers kwamen er niet best af, dus maar goed dat we net hebben gehoord dat de Nederlander niet bestaat. Wat een commotie weer om...... Hebben we niets beters te doen in Nederland? We zijn zo langzamerhand een verstikkend en bijna bekrompen land aan het worden. Dat valt me vooral op als ik in het buitenland ben, maar dat zal wel het cliché van de dag zijn. We hebben genoten van ons uitstapje ondanks mijn inmiddels hardnekkige problemen met mijn ingewanden en mijn rug. Het duurt te lang en kost teveel energie en dan kan het niet anders dan dat ik af en toe onderuit ga en mezelf verlies in een groot tranendal. Dan zijn er gelukkig de grote armen van Diederik om me heen, hij is de enige die me op zo'n moment kan troosten. Hoor om me heen nogal eens dat partners van bondgenoten het niet trekken en dan voel ik de pijn om dit pad alleen te moeten lopen. Het is al zo'n eenzaam proces en dan ook nog die begrijpende, inlevende warmte van je maatje te moeten missen, onvoorstelbaar. Ik weet dat het voor partners ongelooflijk moeilijk is, de machteloosheid, de angst en het verdriet. Het kan ondraaglijk zijn, je kan er zo genoeg van krijgen dat je er van weg zou willen lopen en dat zou je als partner dan ook kunnen doen. Dat zou ik ook wel willen, alleen heb ik die keuze niet en dat is misschien wel gelijk de kern, ik kan niet anders dan er mee omgaan, het is mijn realiteit, het is mijn dagelijks bestaan. Hulde aan alle partners die er zijn, er bij blijven en meelopen vanuit liefde, maar ook omdat ze niet anders kunnen. Ware trouw die inhoud geeft aan de trouwbelofte, de woorden die moeiteloos over onze lippen komen tijdens het geven van het 'Ja-woord'. Partners voor het leven, in alles met en voor elkaar. Liefs Nelly
vrijdag 28 september 2007
Warmte
Vanaf dinsdag verblijven we in Spanje, de temperatuur is heerlijk zo rond de 25 graden met een strak zonnetje. Woensdag dan eindelijk 47 jaar geworden, kreeg de volgende tekst toegezonden van een vriendin uit Kortewegs boek 'Nog vele jaren';
"De vraag hoe om te gaan met het onvervulde blijft in deze levensperiode een van de kernvragen. Er is nu echter een grotere mildheid en de erkenning komt dat het onvervulde niet goed gemaakt hoeft te worden door een ander, of in ruimere zin door het leven. Het gaat er niet om dat de frustratie uit de wereld wordt geholpen, maar dat er de bereidheid is, hoe de omstandigheden ook zijn, vrucht te dragen. Frustratie, het onmogelijke dat toch wordt gewenst, noodlotsgevoelens, gebondenheid- het is niet iets op zich en het is zeker geen rechtvaardiging voor een bepaald gedrag of een bepaalde levenshouding. De gehechtheid van de persoonlijkheid die altijd zijn zin wil hebben, maakt het onmogelijke tot een probleem. Als de persoonlijkheid zich buigt voor de werkelijkheid van het onvolmaakte, wordt het onmogelijke, beginpunt van stille aanschouwing. Deze onmogelijkheid nu biedt 47. Dan is 47 waarneming zonder oordeel. Wat men doet, doet men niet meer in de eerste plaats voor het vervolg. De handeling rust in zichzelf."
"Ik denk dat je inderdaad al 47 was..."
Ik ben weer schromeloos verwend hier in Spanje en ook vanuit Nederland en ik wil iedereen die aan me gedacht heeft deze dag hartelijk danken. Het was een mooie verjaardag en ik heb begrepen dat de verjaardagstaart voor 2008 ook al besteld is... Dit jaar mijn verjaardag weer heel anders beleefd, zonder verwachtingen, geen tranen dit keer en heel rustig. Gedachten over een mogelijk laatste keer zijn er niet meer en het "lang zal ze leven" klonk als een wens niet meer als een onmogelijk lied.
Baal wel een beetje van mijn lichamelijke conditie. Sinds ik opnieuw bij de fysiotherapeut in behandeling ben, is de hardnekkige frictie waar ik last van had verdwenen, maar is er een nieuwe nog pijnlijkere knoop voor teruggekomen. De zenuwpijn is af en toe niet te harden en alleen met voldoende pijnstillers te bestrijden. Het lastige is dat de pijn toeneemt als ik beweeg; bij het lopen of zwemmen en dat zijn de weinige opties die ik heb om voldoende te bewegen. Naast mijn rug heb ik al weken last van een verkrampt maag-darmstelsel, een enorm opgeblazen gevoel zorgt voor veel pijn en ongemak. Dit heb ik al een paar keer eerder gehad tijdens de afgelopen twee jaar, maar nog nooit heeft het zo lang aangehouden. Ik merk hoeveel energie die pijn me kost en ik moet weer opnieuw wennen aan de ongemakken en beperkingen van dit moment. Dat al deze ' indirecte' kwalen het gevolg zijn van de vele ingrepen en behandelingen doet me beseffen hoe groot de impact van mijn ziekte op mijn lichaam is. Geen dag meer zonder kwalen, ongemakken, pijn en beperkingen. De meeste draag ik zonder problemen, ze horen bij mij en hebben hun plaats, maar dan heb je van die weken, zoals nu, dat het teveel wordt. Dan zakt de moed me weleens in de schoenen en dreigt de somberheid mijn stemming te bepalen.
Warm me nu aan de zon en werk gestaag aan mijn welzijn om mijn actieradius te kunnen vergroten. Volgende week gaan we voor een midweek naar Ibiza en daar wil ik wel 'helemaal los' . Een zonnige groet Nelly
"De vraag hoe om te gaan met het onvervulde blijft in deze levensperiode een van de kernvragen. Er is nu echter een grotere mildheid en de erkenning komt dat het onvervulde niet goed gemaakt hoeft te worden door een ander, of in ruimere zin door het leven. Het gaat er niet om dat de frustratie uit de wereld wordt geholpen, maar dat er de bereidheid is, hoe de omstandigheden ook zijn, vrucht te dragen. Frustratie, het onmogelijke dat toch wordt gewenst, noodlotsgevoelens, gebondenheid- het is niet iets op zich en het is zeker geen rechtvaardiging voor een bepaald gedrag of een bepaalde levenshouding. De gehechtheid van de persoonlijkheid die altijd zijn zin wil hebben, maakt het onmogelijke tot een probleem. Als de persoonlijkheid zich buigt voor de werkelijkheid van het onvolmaakte, wordt het onmogelijke, beginpunt van stille aanschouwing. Deze onmogelijkheid nu biedt 47. Dan is 47 waarneming zonder oordeel. Wat men doet, doet men niet meer in de eerste plaats voor het vervolg. De handeling rust in zichzelf."
"Ik denk dat je inderdaad al 47 was..."
Ik ben weer schromeloos verwend hier in Spanje en ook vanuit Nederland en ik wil iedereen die aan me gedacht heeft deze dag hartelijk danken. Het was een mooie verjaardag en ik heb begrepen dat de verjaardagstaart voor 2008 ook al besteld is... Dit jaar mijn verjaardag weer heel anders beleefd, zonder verwachtingen, geen tranen dit keer en heel rustig. Gedachten over een mogelijk laatste keer zijn er niet meer en het "lang zal ze leven" klonk als een wens niet meer als een onmogelijk lied.
Baal wel een beetje van mijn lichamelijke conditie. Sinds ik opnieuw bij de fysiotherapeut in behandeling ben, is de hardnekkige frictie waar ik last van had verdwenen, maar is er een nieuwe nog pijnlijkere knoop voor teruggekomen. De zenuwpijn is af en toe niet te harden en alleen met voldoende pijnstillers te bestrijden. Het lastige is dat de pijn toeneemt als ik beweeg; bij het lopen of zwemmen en dat zijn de weinige opties die ik heb om voldoende te bewegen. Naast mijn rug heb ik al weken last van een verkrampt maag-darmstelsel, een enorm opgeblazen gevoel zorgt voor veel pijn en ongemak. Dit heb ik al een paar keer eerder gehad tijdens de afgelopen twee jaar, maar nog nooit heeft het zo lang aangehouden. Ik merk hoeveel energie die pijn me kost en ik moet weer opnieuw wennen aan de ongemakken en beperkingen van dit moment. Dat al deze ' indirecte' kwalen het gevolg zijn van de vele ingrepen en behandelingen doet me beseffen hoe groot de impact van mijn ziekte op mijn lichaam is. Geen dag meer zonder kwalen, ongemakken, pijn en beperkingen. De meeste draag ik zonder problemen, ze horen bij mij en hebben hun plaats, maar dan heb je van die weken, zoals nu, dat het teveel wordt. Dan zakt de moed me weleens in de schoenen en dreigt de somberheid mijn stemming te bepalen.
Warm me nu aan de zon en werk gestaag aan mijn welzijn om mijn actieradius te kunnen vergroten. Volgende week gaan we voor een midweek naar Ibiza en daar wil ik wel 'helemaal los' . Een zonnige groet Nelly
donderdag 20 september 2007
Onbereikbaar
Helaas heeft de provider zonder bericht vooraf de URL http://www.mijneigenweblog.nl/weblog/?u=Pulchinella uit de lucht gehaald omdat deze teveel problemen gaf. Sinds drie dagen ontvang ik veel vragen over het feit dat mijn site niet bereikbaar is. Ik heb inmiddels veel bekende bezoekers een mail gestuurd, maar mochten jullie vragen krijgen over het feit dat mensen mijn site niet kunnen bereiken dan geven onderstaande URL's toegang tot mijn site. Googlen op mijn naam helpt ook. Lieve groet Nelly
http://www.mijneigenweblog.nl/weblog/?w=Pulchinella
http://pulchinella.mijneigenweblog.nl
http://www.mijneigenweblog.nl/weblog/?w=Pulchinella
http://pulchinella.mijneigenweblog.nl
maandag 17 september 2007
Tijd als medicijn
Naar aanleiding van mijn log van vorige week heb ik vaker de vraag gekregen waarom ik niet direct in de aanval ga met chemotherapie. Ik vergeet nog wel eens dat mijn noodgedwongen kennis over kanker een ver van mijn bed show is voor mijn omgeving. Gelukkig maar, alhoewel ook in mijn nabije omgeving teveel lieve mensen getroffen worden door kanker. Nu, één van de grote problemen bij de bestrijding van kanker is de resistentie van veel tumoren bij chemotherapie. Ook veroorzaakt een chemo nogal wat schade binnen je lichaam. Je kunt chemotherapie dus niet onbeperkt blijven inzetten en ik heb inmiddels de status van een 4de lijnsbehandeling, wat zoveel betekent als de mogelijkheden voor vervolgbehandelingen zijn beperkt. Het is ook maar de vraag of een volgende chemotherapie weer aanslaat, dus ons credo is zuinig zijn met de weinige opties die er nog zijn. Wetende dat mijn kanker een langzame groeier is en ik geen directe klachten heb, is er op dit moment geen dringende reden om acuut te behandelen. Dus kiezen we voor zes weken tijd, onze huidige levenscyclus, tja, wie denkt er nog in jaren? Zes weken met mogelijkheden, dus een volgende reisje gepland naar Spanje, vieren onze verjaardagen daar. Ik heb een jaar gewonnen op meer fronten dan alleen het medische. Ik dacht dat ik 47 ben, maar dat word ik pas volgende week woensdag. Denk dat ik 2007 koppelde aan mijn geboortejaar 1960 en zo in de veronderstelling was dat ik 47 ben in plaats van word dit jaar. Niet belangrijk hoe oud ik ben, wel weer een jaar erbij en dat vier ik. Schroom niet om de 26ste ‘lang zal ze leven’ te zingen, wens het me toe, beter kan niet. De harde realiteit en hoop, als krachtige levenselixer, kunnen naast elkaar bestaan, vergeet dat nooit in de omgang met ongeneeslijk zieke mensen; het is ons anker, ons houvast, ons leven. Ik merk dat naarmate ik langer ziek ben het lastiger wordt voor de beeldvorming in mijn omgeving, alsof mensen het nodig hebben dat er een uitkomst is. Terwijl in mijn situatie geldt dat alleen het hier en nu telt en dat anderen daar bij kunnen blijven. Er is alleen vandaag; het regent, de lucht is grijs en ik zit op de bank met een kopje koffie en warme pantoffels aan. Ik luister naar klassieke muziek, kijk af en toe naar buiten waar de blaadjes geel kleuren en de eksters opvliegen uit de boom tegenover ons huis. Ik voel me rustig en vredig. Zoen Nelly
woensdag 12 september 2007
Afwachten
Vanmorgen weer naar de VU geweest, tropenjaren die bezoekjes. Kosten me oneindig veel energie en de spanning was vanmorgen weer om te snijden. Enige lichtpuntjes waren de lieve sms-berichtjes die maar bleven binnenkomen, vol steun en bemoedigende woorden. De afwijkingen zijn in het geheel iets toegenomen (meer zichtbare witte puntjes bovenin mijn long) en het grootste plekje is nu 4,1 millimeter. Dit betekent dat het een fractie groter is geworden en na overleg met de arts hebben we besloten om nog niet te gaan behandelen. Het groeit langzaam en over zes weken kunnen we opnieuw zien wat de status is. We kiezen voor zes weken quality-time en zullen zeker nog een keer de zon op gaan zoeken in de komende weken. Ik ben niet ontredderd, maar voel me vooral mat en moe. Toen Diederik de arts vroeg wat hij van het plaatje vond, zei hij zorgvuldig afwegend: "Ja, het is niet weg en het groeit... weliswaar langzaam... wat kan ik er verder nog van zeggen?". Waarop ik een beetje moedeloos zei: “Wat een kankerzooi.”. Veroorzaakte bij hem een glimlach: “Ja, zo kun je het ook bekijken.”. Had er gewoon even geen zin meer in. Toch pak ik, als ik uitgerust ben, de draad weer op en ga die ongewenste jongens morgen, maar weer eens flink toespreken. Dank voor al jullie lieve steun en kracht en blijf vooral inzoomen op mijn proces, ik blijf in de race, zoen Nelly
vrijdag 7 september 2007
Eeuwige trouw
Vandaag is onze trouwdag en ik moest vanmorgen terugdenken aan vorig jaar. Toen was ik zo verdrietig om alles wat ik kwijt was, ik kon maar moeilijk genieten van de dag en ons jaarlijkse etentje. Vandaag kan ik wel genieten, weer een jaar erbij, wat een mooi cadeau en dat er nog veel mogen volgen met de liefde van mijn leven. Vanaf het moment dat ik Diederik zag, wist ik dat hij mijn man was. Was ook één van de eerste dingen die ik tegen hem zei tot zijn grote ontsteltenis. Maar dat heb ik volgens mij al eens gedeeld. Moet oppassen dat ik mezelf niet teveel ga herhalen. We trouwden negentien jaar geleden in Delft en buiten was het 25 graden. Diederik had eindelijk ja gezegd na 2877 huwelijksaanzoeken van mijn kant. Zo ongeveer dagelijks vanaf het moment dat ik hem ontmoette. Zijn toestemming gaf hij in een winkel waar ik een roze zijde jurk bestelde, omdat ik die zo mooi vond. Toen de verkoopster zei dat het een gelegenheidsjurk was, keek ik Diederik uitdagend aan en herhaalde nogmaals: “Diederik, het is een gelegenheidsjurk...”, waarop Diederik knikte “Het is goed.”. Nou ik volledig uit mijn dak in die winkel en van geluk in zijn armen gesprongen. De verkoopster begreep in het geheel niet wat er gebeurde tot ik extatisch uitriep: “Hij wil met me trouwen!”. Eerst wilden we alleen met onze getuigen erbij trouwen, maar al snel breidde het gezelschap zich uit, niet in de laatste plaats door mijn toedoen. In stilte trouwen is niet echt mijn ding, daarvoor sta ik te graag in de belangstelling en zeker op de mooiste dag van mijn leven. Met familie en vrienden hebben we onze trouwdag gevierd aan het strand, in Paviljoen Von Wied, waar nu het huidige Beelden aan zee museum gevestigd is. In goed gezelschap op een prachtige, stemmige locatie en een ongewoon lekkere temperatuur voor de tijd van het jaar. Het is onze dag geworden en eigenlijk zou ik het best nog wel eens over willen doen, omdat ik nu veel meer waarde zou hechten aan het ceremonieel en het een mooie gelegenheid zou zijn voor de aanschaf van een weergaloze jurk. Denk niet dat Diederik na zijn "Ja, ik wil." van negentien jaar geleden nog een keer over te halen is en daar heeft hij wel gelijk in. Trouwen doe je maar één keer. Het gaat niet om de, overigens aangename en leuke, verpakkingen, maar om het verbond dat je met elkaar gesloten hebt. Daar is geen speld tussen te krijgen in ons geval, alle hobbels zijn en worden genomen. Wij zijn man en vrouw voor het leven, maar bovenal onafscheidelijke geliefden die intens veel van elkaar houden. Vanavond vieren we onze 19de trouwdag samen met onze getuigen bij onze favoriete Italiaan. Met een warme omhelzing, Nelly
donderdag 6 september 2007
Beperkt houdbaar
Rond mijn 30ste levensjaar liep ik op een vrije dag met een vriendin te winkelen toen we vanwege een opgebroken stoep de rijweg op gemanoeuvreerd werden. Eenmaal langs de stratenmakers draaide ik me om en riep: “Hé mankeer ik wat, wordt er niet meer gefloten?” Mijn vriendin en de stratenmakers schoten in de lach en ik vond mezelf ook wel ludiek. Toch zat er ook een kern van waarheid in mijn actie, want hoe wars ik altijd was van flirtgedrag op mijn werk, als de stratenmakers naar me floten dan was mijn dag helemaal goed. Ik dacht aan dit voorval terug toen ik recent de documentaire ‘Beperkt houdbaar’ bekeek van Sunny Bergman op de site www.beperkthoudbaar.info/docu. In één van de eerste scènes stapt Sunny op een stel bouwvakkers af en vraagt ze serieus waarom er niet meer naar haar gefloten wordt. Kon ik erg om grinniken, gezien mijn eigen ervaring. Vervolgens wordt in de documentaire een krachtige analyse gegeven van de huidige tijdsgeest waarbij de economie steeds verder ons lichaam binnendringt. Op 34-jarige leeftijd is Sunny bang om binnenkort niet meer aantrekkelijk te zijn, terwijl ze tegelijkertijd boos is dat vrouwen voortdurend op hun uiterlijk worden beoordeeld. Deze innerlijke tegenstrijdigheid is de drijfveer voor een filmische zoektocht door een wereld waar vrouwen na hun 35ste niet langer houdbaar zijn. De cosmetische industrie vaart er wel bij en laat niet na Bergman en andere vrouwen te wijzen op hun tekortkomingen. Van kraaienpootjes tot schaamlippen, van hangborsten tot zadeltassen. Overal laat Bergman zich aan een kritische blik onderwerpen door plastische chirurgen, die graag het mes in haar zouden willen zetten. Morgenavond wordt ‘Beperkt houdbaar’ herhaald op Nederland 3 om 20.25 uur. Zeker de moeite waard om naar te kijken en de documentaire stemt tot nadenken. Ik zelf ben als ijdele vrouw graag met mijn uiterlijk bezig, daarover heb ik al eerder geschreven. Heb als jong meisje van tweeëntwintig ook niet geschroomd om operatief in te grijpen en nog steeds vind ik mijn flapoorcorrectie medisch ethisch verantwoord. Ik werd als kind nogal gepest met mijn zeiloren en ik was er van overtuigd dat ze of voor eeuwig bedekt moesten blijven onder een stevig permanent of rechtgezet moesten worden. Vooral die laatste optie trok mij aan. Toen de plastisch chirurg zei dat het volkomen terecht was dat ik dat wilde en dat het bijna misdadig zou zijn om mij door te laten lopen met mijn flaporen, was ik volledig overtuigd van mijn voornemen. Het bleek een relatief eenvoudige ingreep en tot op de dag van vandaag ben ik blij met mijn gecorrigeerde oren. Maar hoever ga je met ingrijpen, waarom willen we voldoen aan een schoonheidsideaal en wie bepaalt dat eigenlijk? Kijk, ik kan me nu, na mijn operaties van de afgelopen twee jaar, niet meer voorstellen dat vrouwen vrijwillig kiezen voor de meest ingrijpende en pijnlijke operaties alleen maar om er (nog) beter uit te zien. Getriggerd door de mogelijkheden heb ik in de verste verte ook wel eens nagedacht over een borstvergroting of een ooglidcorrectie. Mijn verstand en schroom weerhielden me van een serieuze overweging: “Nee geen onnatuurlijke kunstgrepen, dat past niet bij je, je bent wie je bent.”. En ik zou het ook niet snel gedaan hebben, maar een relatief eenvoudige ingreep, met als belangrijkste eis een zo natuurlijk mogelijke correctie met bijvoorbeeld eigen lichaamsvet, daar sta ik nog steeds niet onwelwillend tegenover. Nu kiezen meisjes en dan met name in Amerika al op jonge leeftijd voor een drastische aanpak en een veelheid aan chirurgische ingrepen. Met als voorbeeld hun idool voor ogen, worden het complete bouwpakketten. Ja en dan rijst toch de vraag voor wie ze dat doen, of hoever ze zo zijn gekomen in hun beeldvorming van de ideale schoonheid. De uitspraak: “Ik doe het voor mezelf. “, is toch op zijn minst discutabel in de gemaakte en zelfs gefakete commerciële wereld van schoonheid. Ik koester mijn uiterlijk en ik blijf gevoelig voor bewonderende blikken. Maar eerlijk is eerlijk als ik een compliment krijg dan is het meestal omdat ik er stralend uitzie, wanneer mijn ogen glimlachend de wereld inkijken als gevolg van mijn innerlijk welbevinden. Als ik me goed voel, dan zie ik er goed uit en dat zie ik bij iedereen. Op ons welzijn en dat het er maar van af mag spatten, zoen Nelly
vrijdag 31 augustus 2007
Moe
Ik kan met regelmaat zo moe zijn, dat ik niet weet waar ik het vandaan moet halen. Compleet futloos voel ik me dan, geen energie om wat dan ook te ondernemen. De moeheid is er ogenschijnlijk plotseling, zonder waarschuwing en niet altijd als direct gevolg van een inspanning. Ik heb beduidend minder energie dan voor mijn ziekte en het is niet makkelijk om mijn grenzen niet te overschrijden. Ik neem, als ik me goed voel, toch snel weer een stapje meer en dat kan er dan net één teveel zijn. En daar merk je niets van op het moment zelf, dan loopt het gewoon lekker. Zoals afgelopen zondag, we zijn naar het Kröller-Müller museum geweest op de Hoge Veluwe. Heerlijk gefietst en gewandeld, samen met mijn zus Anjelle en haar gezin. Zo lief, vanaf het eerste heuveltje kwam mijn grote neef Max, hij is inmiddels 14 jaar, naast me rijden om me een duwtje in de rug te geven. Zonder dat ik iets gevraagd of gezegd had. De hele dag door heeft hij me bij elke klim geholpen en dat was heel comfortabel zonder krachtverlies en ademtekort. Was op deze manier in staat om kilometers lang zelfstandig te fietsen en had nergens last van. Ik kon de hele dag doortrekken; de zon scheen, de hei was één paarse gloed en het museum en de beeldentuin blijven een feestje om doorheen te wandelen. De dag erna voelde ik me wat moe, maar gisteren pas kwam de man met de hamer. Het is moeilijk te zeggen of dit nou het gevolg is van een zeer actieve zondag of dat er een andere reden aan ten grondslag ligt, ik weet het niet. Misschien is mijn beperkte energie er ook de oorzaak van dat ik geen stress of druk aankan en niets meer zie in haasten en jachten. Als gezond mens kon ik me geen voorstelling maken van de beperkingen die ik nu aan den lijve ervaar. Niets is meer vanzelfsprekend, elke activiteit kost energie. Was vroeger natuurlijk ook zo, maar toen deed ik al deze ogenschijnlijk vanzelfsprekende zaken gewoon naast mijn werk. Als ik toen moe was, dan kon ik dat meestal direct terugleiden naar mijn werk en me daar makkelijk bij neerleggen. Nu kan ik zo maar ineens overvallen worden door moeheid, ja van wat eigenlijk? Ik lees dat (extreme) moeheid een veelgehoorde klacht is onder bondgenoten, tijdens, maar vaak ook nog lange tijd na hun ziekte. In het verleden werden deze klachten onderschat, maar nu uit onderzoek blijkt dat tachtig procent van de mensen tijdens hun ziekte en tweederde van de mensen na hun genezing van kanker kampen met vermoeidheid komt er meer aandacht voor behandeling en nazorg. Ik wil er lang niet altijd aan toegeven, maar soms kan ik niet anders. Dan laat ik het maar even zijn gang gaan en gun mezelf de nodige hanguurtjes. Ik zoek nog naar mijn energiebalans tussen passief en gedoseerd actief zijn. En zo blijft mijn welzijn aandacht vragen. Sinds een paar weken ben ik ook weer onder behandeling van een fysiotherapeut, omdat de pijn in mijn rug niet meer te hanteren was. Een slopende, zeurende zenuwpijn die te vergelijken is met aanhoudende kiespijn. Sinds vorige week voel ik verlichting en ik heb goede hoop dat deze verbetering zich doorzet. Verder voel ik me lichamelijk best goed, mijn eetlust is prima en mijn smaak is weer helemaal als vanouds. Het dieet dat ik volg is helemaal ingeburgerd en kost me geen enkele moeite meer. Helemaal afgekikt van suiker, vlees, vet en instant klaargemaakt voedsel. Zo puur mogelijk met een overvloed aan fruit en groente. Ik zondig alleen wanneer er bij mijn favoriete Italiaan zelfgemaakte frieten op tafel komen met rozemarijn en knoflook, maar ook dan ligt de grens bij maximaal vijf. Mijn gewicht is constant en ik doe dagelijks aan beweging om mijn lichaam in conditie te houden. Onder het motto ‘ik ben een gezonde vrouw in een gezond lichaam’. Wetende welk zwaard er boven mijn hoofd hangt ben ik toch ook nu weer goed in staat om los te laten en te genieten in het moment. Toch is er weinig voor nodig om helemaal in tranen te zijn. Vorige week kon ik ineens niet meer goed zien en zag ik in één oog een watergolf. De paniek sloeg toe, omdat ik weet dat uitzaaiingen in de hersenen tot uitval leiden. Ik geloof dat ik dit de meest beangstigende gedachte vind, dat mijn hersens en daarmee ook mijn persoonlijkheid aangetast kunnen worden. Niet aan denken, dit gaat gewoon niet gebeuren! Toen ik in de uren daarop volgend hoofdpijn kreeg, leek het op een verschijnsel van migraine. Duurde wel weer even voordat ik gerust was. De hoofdpijn ging over en sindsdien heb ik geen klachten meer. Het blijft lopen op eieren. Gewoon doorlopen, niet te lang stilstaan, het gaat goed. Diederik en ik hadden nog plannen om eind vorige week naar de bergen te gaan, maar deze hebben we laten schieten. Op een of andere manier ontbrak bij ons de reisspirit en als we nu naar het noodweer in de Alpen kijken dan zijn we blij dat we niet zijn gegaan. Na de volgende scan, op de 11de september, pakken we de reisgids weer op. Zoen Nelly
woensdag 22 augustus 2007
Sentimental journey
Afgelopen zaterdag ben ik met Brigitte naar Delft geweest, waar onze vriendschap zo’n vijfentwintig jaar geleden begon op de Oude Delft. Een vriendschap die toen nog niet zo vanzelfsprekend leek want ik had niet op haar gestemd op de instemmingparty. Ik had een eigen kandidaat voorgedragen en die kreeg uiteraard mijn voorkeurstem. Het was me al drie keer eerder gelukt in de voorbereidingsronden om mijn kandidaten positief in te leiden, maar dit keer moest mijn kandidaat het in een nek aan nek race afleggen tegen de charmes van Brigitte. Elke keer als er een kamer vrijkwam in het studentenhuis werd er een instemming georganiseerd; een borrel met pinda’s, chips en een hoop ‘wie ben jij’ praatsessies. De stemming na afloop, waar nog de laatste meningen met elkaar werden gedeeld, was altijd reuze spannend, vooral als er een eigen kandidaat meedeed. Dat voorbereidingen het halve werk zijn en ik goed in staat ben om zaken, lees mensen, voor me te winnen, daar plukte ik toen de vruchten al van. Toen er ooit tijdens een assessment bij een persoonlijkheidstest van mij gevraagd werd of ik wel eens manipulatief was heb ik nee gezegd, dit vanwege de negatieve bijklank die het voor me had. Maar daarmee manipuleerde ik de test en dat was eigenlijk ook weer niet mijn bedoeling. Is manipulatief gedrag nou echt zo kwalijk? In de ruimste zin van het woord kun je stellen dat de meeste vormen van intermenselijk contact manipulatie zijn. Van de opvoeding van kinderen tot leidinggeven, reclames, psychotherapie en noem maar op. Positief gezegd met een manipulatie zet je iets in beweging. Mijn fysiotherapeut doet niet anders in de behandeling van mijn rug. Terug naar het studentenhuis waar ik fijne jaren en veel lol heb gehad. Brigitte deed haar entree een maand nadat ze was ingestemd, maar ik stond niet gelijk met mijn armen open. Deze ‘ijstijd’ duurde echter niet lang, toen ze met haar eerste geurende kopje zelfgemaakte soep langskwam smolt ik en al snel waren we niet uit elkaars kamers weg te slaan. Een vriendschap die gedurende de jaren alleen maar hechter is geworden, ook al woont ze al weer jaren in het buitenland. Nu ze de zomer in Nederland doorbrengt en mij, tussen haakjes, wekelijks op haar culinaire verwennerij trakteert, besloten we een sentimental journey te organiseren in Delft. Alle dierbare en bekende plekjes afgegaan; ons groentemannetje, die inmiddels ook vijfentwintig jaar ouder is, maar nog steeds dezelfde jongensachtige grote grijns heeft, het Stadskoffiehuis met zijn beroemde broodjes, de Oude en de Nieuwe kerk, de Beestenmarkt waar ik voor het eerst ging samenwonen met Diederik, nu één groot terras en natuurlijk een bezoekje aan ons studentenhuis op de Oude Delft. Toen we daar aankwamen kwam er net een meisje naar buiten en voordat ze op haar fiets kon stappen schoot ik haar aan met het verzoek of we even binnen mochten kijken omdat we hier vijfentwintig jaar geleden gewoond hadden. Ze keek ons enigszins verbaasd aan en zei toen: “Ja, maar dit is nu gewoon een studentenhuis.”. Toen ik zei dat we dat wisten en dat wij ook hadden gestudeerd toen we nog klein waren, moest ze lachen en konden we achter haar aan naar binnen voor een persoonlijke rondleiding. Onze monden vielen open er was niets veranderd, behalve dat de benedenverdieping nu gebruikt wordt als kantoor. Van enige deceptie kun je wel spreken, want in vijfentwintig jaar verouderd er veel en dan druk ik me nog zachtjes uit. Maar wij keken waarschijnlijk ook niet onbevangen, inmiddels gewend zijnde aan onze ge-upgrade levensstandaard. De huidige bewoners klinken net zo tevreden als wij toentertijd en ze voelen zich bevoorrecht om op zo’n mooie plek te wonen. Vonden dit toch wel een hoogtepuntje van onze dag, omdat het zoveel mooie herinneringen opriep. Verder vonden we Delft vooral klein nu we groot zijn. Leven in het hier en nu, maar ook met de zoete herinneringen van een mooie tijd. Zoen Nelly
donderdag 16 augustus 2007
Futiliteit
Verbaas me nog steeds over een hele andere beleving van de tijd en mijn nieuwe levensritme, maar ik kom er steeds beter in. Douchen, ontbijten, koffie, de krant, een smoothie en de ochtend is alweer om. Bij een eerste afspraak om 10.30 uur moet ik me tegenwoordig haasten. Als één van mijn medici om 9.00 uur wil afspreken vind ik dat bijna onoverkomelijk. Mijn eerste ‘dit moet kunnen’ plichtsgetrouwe gedachten vervang ik tegenwoordig vaker door de vraag: “Kan het ook iets later?” en dat zonder me schuldig te voelen. Ja, ik leer het wel, geen druk, geen haast, geen stress. Dat is wat goed voor me is. En dan overvalt het me toch, zo maar ineens, in de Albert Heijn waar ik volkomen de kluts kwijt raak, omdat ik mijn boodschappenwagentje kwijt ben. Ik wist toch zeker waar ik mijn wagentje had neergezet, druk in de weer zijnde met het zoeken naar biologische groenten en fruit die over de hele afdeling verspreid liggen uitgestald. Met mijn handen vol richting de wagen gelopen zag ik deze tot mijn verbazing niet meer staan. Wel vier keer de hele afdeling rondgelopen, maar de wagen was in geen velden of wegen te zien. Dan moest het wel zo zijn dat Diederik ermee vandoor was. Ik, met een inmiddels al warm aangelopen hoofd en mijn handen vol, door de winkel op zoek naar de boosdoener. Wilde hem al bijna om laten roepen toen ik hem uiteindelijk bij de sapschappen aantrof. Helemaal In de stress, “Dat het toch geen stijl was en…”, de rest laat ik uit piëteit maar achterwege. Diederik zich van geen kwaad bewust en overdonderd door mijn paniekerigheid, vroeg wat er nou eigenlijk aan de hand was. Nog een poging wagend, dat hij dat best wist enz… Nou, nee dus hij had het wagentje niet meegenomen. Ja en toen was ik echt van de leg, zodanig dat de Albert Heijn filiaal manager rustig zijn hand op schouder legde en vroeg: “Mevrouw is er iets aan de hand?” Ga dan maar eens uitleggen waarom je van zoiets lulligs zo ‘out of control’ bent … Enfin mijn wagentje, dat stond gewoon op de plek waar ik hem had achtergelaten en het was Diederik die hem zag. Ik ben vervolgens de hele middag van slag geweest. Waarom? Omdat ik het gevoel had dat ik de controle over mezelf kwijt was. Dat ik om niets helemaal in de stress raakte en in paniek was. Hoe is het mogelijk? Wat voor medische ingrepen heb ik in de afgelopen anderhalf jaar wel niet in alle kalmte ondergaan? Met een camera in mijn keel, terwijl er een dikke naald wordt ingebracht in mijn strottenhoofd en dan twintig minuten doodstil blijven zitten. Zonder kalmeringstabletten richting de operatiekamer voorafgaand aan het verwijderen van mijn long. Puncties in mijn oksel en achter mijn long zonder verdoving. Zo gefocust, zo geconcentreerd, me overgevend aan wat er moest gebeuren. Ik kon het en ik kan het nog steeds. En kennelijk is het zo dat ik daar op ben ingesteld en dat de rest er om heen niet belangrijk is en al gauw teveel vraagt. Althans als het even niet loopt zoals ik verwacht. Bijzonder om te ervaren hoe precair mijn balans is, maar ook hoe goed mijn ‘systeem’ de juiste prioriteiten weet te stellen. Want wat is er nou belangrijk aan een zoekgeraakt AH-boodschappenwagentje met vijf boodschappen erin? Ik bedoel, als mijn handtas met mijn hele hebben en houden er nou had ingezeten, dan had ik het nog enigszins kunnen begrijpen. Kon er pas twee dagen later om lachen, zag de hele film aan me voorbijtrekken en vond het toen vooral aandoenlijk. Mild blijven voor mezelf, toch? Mijn vriendin maakte het pas echt goed voor me toen ze, naar aanleiding van mijn verhaal zei: “O, nou dat gebeurt mij dagelijks wel een keer met de meest rare dingen.”. Ga vanmiddag weer boodschappen doen, zal me rustig houden. Zoen Nelly
woensdag 15 augustus 2007
Je zoenen zijn zoeter dan...
Je zoenen zijn zoeter dan
zoeter dan honing en ik vind je
mooier en liever, liever en aardiger nog dan de koning.
We gaan samen liggen
een eind hier vandaan
we maken van takken
van takken en blaadjes
een vloer en een dak,
dat was onze woning,
of ik was het tuintje
en jij was de tent
daar gingen wij wonen
en blijven en horen
o rep je mijn liefje
ik heb je zo graag
nu of nooit samen slapen
want we zijn er
alleen maar vandaag.
Judith Herzberg
zoeter dan honing en ik vind je
mooier en liever, liever en aardiger nog dan de koning.
We gaan samen liggen
een eind hier vandaan
we maken van takken
van takken en blaadjes
een vloer en een dak,
dat was onze woning,
of ik was het tuintje
en jij was de tent
daar gingen wij wonen
en blijven en horen
o rep je mijn liefje
ik heb je zo graag
nu of nooit samen slapen
want we zijn er
alleen maar vandaag.
Judith Herzberg
donderdag 9 augustus 2007
Lummelen en lanterfanten
Op een dag als vandaag hoef ik even niets. Ik lanterfant door de dag met een boek, een opgenomen soap en mijn vitamientjes. Nog altijd hoor ik een stemmetje op de achtergrond als ik ‘niets’ doe; “Moet ik me niet nuttig maken, iets zinnig doen? Realiseer ik me wel dat er kostbare tijd verloren gaat? Wat kan ik allemaal wel niet doen in dezelfde tijd?” ‘Arbeid adelt!’ zat er bij mij al vroeg in. In mijn jeugd kregen wij geen zakgeld. “Ga er maar voor werken!” , zei mijn vader en zo was ik vanaf mijn 11de jaar al druk in de weer om in mijn vrije tijd wat bij te verdienen. Alle vakanties werden grotendeels ingevuld met baantjes en daarnaast had ik vrije tijd om leuke dingen te doen. 'Er naast' zeg ik heel bewust, want eerst moest ik het verdienen. Letterlijk en figuurlijk. Nog steeds zit het in mijn karakter om mezelf pas te belonen als ik vind dat ik het verdiend heb; door me ergens voor in te spannen of mezelf iets te ontzeggen. Als iets van jongs af aan ingesleten is in je gedrag, is het toch lastig om hier van los te komen. Mijn arbeidsethos kende geen grenzen, hard werken voor de zaak en je komt ergens. Van jongs af aan wilde ik kleuterleidster worden en toen ik op mijn 18de voor de klas stond, kon ik mijn geluk niet op. Ik heb fantastische jaren gehad in het onderwijs en dan vooral door het werken met kinderen wat me enorm veel voldoening gaf. Toch koos ik er na zes jaar voor om het bedrijfsleven in te gaan, voornamelijk gedreven door de behoefte aan meer dynamiek en afwisseling. In het onderwijs had ik moeite met het steeds terugkerende patroon, oftewel de jaarcyclus waarbij de leerlingen elkaar weliswaar afwisselden, maar de activiteiten hetzelfde bleven, terwijl ikzelf steeds ouder werd. Voor mijn gevoel raakte ik uitgeleerd. Geen enkel idee wat me te wachten stond in het bedrijfsleven, geen idee over mijn capaciteiten, maar met een gedrevenheid waar je u tegen zegt. Gestart in commerciële functies en na drie jaar in de verkoop werkzaam te zijn geweest begon ik in mijn eerste baan als leidinggevende. Praktiseren, ervaren en leren. Leren door te ervaren, leren van voorbeeldfiguren uit mijn omgeving en leren vanuit de theorie door het volgen van avondopleidingen. Ik werkte hard, ploeterde en knokte en ik realiseerde successen. Met als kroon op mijn harde werken de eindverantwoordelijkheid voor het nieuw op te richten callcenter van de bank, nu bijna 12 jaar geleden…
‘Het is 06.30 uur, in de auto op weg naar Nijmegen. Ik heb afgesproken met een collega voor een rondleiding in het pand waar het callcenter gevestigd wordt. Op 2 januari 1996 gaan we van start. Het pand ligt in het hartje centrum en is een voormalig districtskantoor van ABN AMRO, dat volledig wordt verbouwd. Als ik de straat inrijd herken ik het pand onmiddellijk aan de verbouwingsstatus ‘In dit pand wordt…’, grote borden voor de deur met ons logo en de naam van de aannemer. Het eerste wat mij opvalt is het grote gietijzeren hekwerk dat toegang geeft tot het pand. Het tweede wat me opvalt is de omvang, naar later blijkt ruim 4800 m2 oppervlakte. Binnengekomen tref ik een volledig gestript pand waar de verbouwingen in volle gang zijn. Mijn collega Eric, verantwoordelijk projectmanager voor de verbouwing en inrichting van het toekomstige callcenter, leidt mij trots rond door het pand. Op 2 januari bij de start van het callcenter zal slechts één verdieping gereed zijn op één helft van het pand. Daarna hebben ze nog zeker ¾ jaar nodig om het pand op te leveren. Er ontstaat bij mij nog meer het pioniersgevoel, mede al ingegeven door het feit dat de realisatie van het callcenter voor ABN AMRO, een volledig nieuwe exercitie is, op een voor hun nog onbekend terrein. Ik ben opgewonden, bruis van de energie en tevens onzeker… mijn collega voelt dit kennelijk haarfijn aan. Als we het pand uitlopen zegt hij: “Groot hé?” en ik antwoord: “Erg groot!” waarop hij vervolgt: “Eng hé?" en ik zucht: "Doodeng!” Zo dat is er uit, en nu aan de slag.’
Zo begon mijn carrière bij de bank, ja voor het eerst kreeg dat woord betekenis; pas toen werd ik me echt bewust van mijn mogelijkheden, capaciteiten en ontwikkeling. Ik weet nog hoe trots ik was, hier had ik me geen voorstelling van kunnen maken toen ik het onderwijs verliet. Zo was het waarschijnlijk ook voor één van de Abn Amro trainees die mij in het prille begin vroeg hoe ik op deze positie was gekomen zonder titel? Waarop ik met een grote glimlach antwoordde dat ik de MAVO had gedaan en héél hard had gewerkt om te komen waar ik was gekomen. Het bedrijfsleven instappen was een onbekende stap, maar een stap, die me veel heeft gebracht in mijn eigen ontwikkeling en groei. Met vallen en opstaan, doorzettingsvermogen, groeipijnen, gedrevenheid, ambitie en een nieuwsgierigheid en niet aflatende drive om het onbekende te verkennen, problemen te omarmen en werkbaar te maken. Werken was lange tijd mijn leven, betrokken en gedreven om de beste businessprestaties te leveren en groei te creëren voor zowel de organisatie als haar medewerkers. Nu ik al weer bijna twee jaar thuis ben en gedwongen afstand heb genomen van mijn werk, ervaar ik dat mijn leven net zo vervullend kan zijn. Dat het de dagelijkse genoegens zijn die me kunnen plezieren. Dat ik geniet van de tijd die ik nu heb om samen te zijn met mijn familie, vrienden en kennissen. Hoe ontspannen het is om vrij te zijn van pijn en behandelingen. Dat ik kan en mag genieten van lummeltijd en nog steeds kan bijdragen in alles wat ik doe. Nee, ik zou niet meer terug willen naar wie ik was voordat ik ziek werd. Natuurlijk wil ik gezond zijn en wil ik werken, maar wel heel anders dan dat ik gedaan heb. Niet dat ik spijt heb van mijn zestig-urige werkweken en mijn tomeloze inzet, maar omdat ik nu beter weet te leven en het leven niet alleen uit werken bestaat. Ik ben wat idealistischer geworden ten aanzien van waar en aan wie ik mijn tijd en energie wil geven. Werken in en aan de toekomst, ja graag. Zoen Nelly
‘Het is 06.30 uur, in de auto op weg naar Nijmegen. Ik heb afgesproken met een collega voor een rondleiding in het pand waar het callcenter gevestigd wordt. Op 2 januari 1996 gaan we van start. Het pand ligt in het hartje centrum en is een voormalig districtskantoor van ABN AMRO, dat volledig wordt verbouwd. Als ik de straat inrijd herken ik het pand onmiddellijk aan de verbouwingsstatus ‘In dit pand wordt…’, grote borden voor de deur met ons logo en de naam van de aannemer. Het eerste wat mij opvalt is het grote gietijzeren hekwerk dat toegang geeft tot het pand. Het tweede wat me opvalt is de omvang, naar later blijkt ruim 4800 m2 oppervlakte. Binnengekomen tref ik een volledig gestript pand waar de verbouwingen in volle gang zijn. Mijn collega Eric, verantwoordelijk projectmanager voor de verbouwing en inrichting van het toekomstige callcenter, leidt mij trots rond door het pand. Op 2 januari bij de start van het callcenter zal slechts één verdieping gereed zijn op één helft van het pand. Daarna hebben ze nog zeker ¾ jaar nodig om het pand op te leveren. Er ontstaat bij mij nog meer het pioniersgevoel, mede al ingegeven door het feit dat de realisatie van het callcenter voor ABN AMRO, een volledig nieuwe exercitie is, op een voor hun nog onbekend terrein. Ik ben opgewonden, bruis van de energie en tevens onzeker… mijn collega voelt dit kennelijk haarfijn aan. Als we het pand uitlopen zegt hij: “Groot hé?” en ik antwoord: “Erg groot!” waarop hij vervolgt: “Eng hé?" en ik zucht: "Doodeng!” Zo dat is er uit, en nu aan de slag.’
Zo begon mijn carrière bij de bank, ja voor het eerst kreeg dat woord betekenis; pas toen werd ik me echt bewust van mijn mogelijkheden, capaciteiten en ontwikkeling. Ik weet nog hoe trots ik was, hier had ik me geen voorstelling van kunnen maken toen ik het onderwijs verliet. Zo was het waarschijnlijk ook voor één van de Abn Amro trainees die mij in het prille begin vroeg hoe ik op deze positie was gekomen zonder titel? Waarop ik met een grote glimlach antwoordde dat ik de MAVO had gedaan en héél hard had gewerkt om te komen waar ik was gekomen. Het bedrijfsleven instappen was een onbekende stap, maar een stap, die me veel heeft gebracht in mijn eigen ontwikkeling en groei. Met vallen en opstaan, doorzettingsvermogen, groeipijnen, gedrevenheid, ambitie en een nieuwsgierigheid en niet aflatende drive om het onbekende te verkennen, problemen te omarmen en werkbaar te maken. Werken was lange tijd mijn leven, betrokken en gedreven om de beste businessprestaties te leveren en groei te creëren voor zowel de organisatie als haar medewerkers. Nu ik al weer bijna twee jaar thuis ben en gedwongen afstand heb genomen van mijn werk, ervaar ik dat mijn leven net zo vervullend kan zijn. Dat het de dagelijkse genoegens zijn die me kunnen plezieren. Dat ik geniet van de tijd die ik nu heb om samen te zijn met mijn familie, vrienden en kennissen. Hoe ontspannen het is om vrij te zijn van pijn en behandelingen. Dat ik kan en mag genieten van lummeltijd en nog steeds kan bijdragen in alles wat ik doe. Nee, ik zou niet meer terug willen naar wie ik was voordat ik ziek werd. Natuurlijk wil ik gezond zijn en wil ik werken, maar wel heel anders dan dat ik gedaan heb. Niet dat ik spijt heb van mijn zestig-urige werkweken en mijn tomeloze inzet, maar omdat ik nu beter weet te leven en het leven niet alleen uit werken bestaat. Ik ben wat idealistischer geworden ten aanzien van waar en aan wie ik mijn tijd en energie wil geven. Werken in en aan de toekomst, ja graag. Zoen Nelly
woensdag 1 augustus 2007
Een bijgestelde blik
Vanmiddag een afspraak gehad in de VU om de behandeling door te spreken. In gesprek met onze eigen behandelend arts nogmaals de CT-scan van vorige week bekeken. Deze scan is lastig te lezen, vanwege het feit dat ik tijdens het maken ervan mijn ademhaling net niet helemaal goed heb ingehouden waardoor er enige bewegingsartefacten (onvolkomenheden) zijn ontstaan. Per saldo blijft het voor hem moeilijk om echt harde conclusies te trekken. Eigenlijk heeft hij naar aanleiding van het huidige beeld, maar over één plekje echt zijn twijfels. Zijn voorstel is om nog zes weken af te wachten, tot de volgende scan, zodat ze kunnen zien of het inderdaad iets is. Tegen die tijd is het nog steeds zo klein, dat het goed te behandelen is. Nu is het té onzeker om te zien waartegen ze zouden behandelen. Als er over zes weken inderdaad een ontwikkeling is waardoor ze tot behandeling overgaan dan denkt hij eraan om wederom te behandelen met Alimta. Diederik en ik konden ons uitstekend in zijn voorstel vinden. Ik heb geen lichamelijke klachten die een directe aanleiding vormen tot de noodzaak om in te grijpen en een verlenging van mijn behandelvrije periode met zes weken ontvang ik met open armen. We zijn beiden iets meer gerustgesteld over mijn huidige status en kunnen goed omgaan met de onzekerheid die het wachten met zich meebrengt. Ook het vooruitzicht om eventueel te gaan behandelen met Alimta stelt mij gerust. Deze laatste chemotherapie heb ik goed verdragen en kan ik nog best een keer aan. En zo loopt het dan toch weer anders dan verwacht, balanceren op de grens van… Loslaten, proberen te ontspannen en verder gaan met leven. Dat de zon mag gaan schijnen om mij stalend te begeleiden. Voor nu met een dikke zoen Nelly
zondag 29 juli 2007
Liefde is de enige rationele daad...
De afgelopen dagen veel gehuild. Op sommige momenten verlies ik mezelf in verdriet en pijn en ga ik ten onder in zelfmedelijden. Op zulke momenten wil ik het uitschreeuwen naar mijn vader… dat hij er voor me moet zijn, me moet helpen. Een klein verloren meisje ben ik dan, dat hoopt dat haar vader zegt dat alles goed zal komen, dat hij me beschermt en de boze werkelijkheid bij me weghoudt. Weg wil ik dan, vluchten van mijn vonnis, al zeggend tegen mezelf dat ik genoeg op mijn bordje heb gehad, dat het klaar is. Dat het niet onredelijk is om dat te vragen en dat anderen dat met me eens zullen zijn. Maar zo werkt het niet, er bestaat geen rechtvaardigheid als het gaat om lijden, leven en dood. Er is zoveel onvoorstelbaar, onmenselijk groot leed in de wereld waarin we leven dat ik me heel goed besef dat mijn eigen leed zich hiermee op geen enkele wijze verhoudt. Daarin voel ik me verbonden, het overstijgt en is zoveel groter dan mijzelf. Het maakt dat ik kan relativeren en kan zien dat ik een gelukkig mens ben met Diederik die liefdevol aan mijn zijde staat, die niet wegloopt van de omstandigheden en wanneer de situatie dat vraagt onvoorwaardelijke zorg en aandacht geeft. Dat ik gezegend ben met een lieve familie en naaste vrienden die met ons vreugde en verdriet delen en er altijd zijn op de momenten dat we ze nodig hebben. Dat ik gedragen word door een grote kring van liefdevolle mensen die me van dichtbij of wat meer op afstand koesteren en steunen. Dat ik in de gelukkige omstandigheden ben dat er goede medische zorg voor handen is, dat ik kan kiezen voor behandelingen, regulier en alternatief en dat we geen materiële zorgen hebben waardoor we ons leven kunnen inrichten zoals we het nu doen. Dat ik een rijker mens ben geworden, dat ik beter in staat ben om te genieten; van alle liefde om mij heen, van de schoonheid van de natuur, de reizen die we tussen de behandelingen door maken en kleine dagelijkse geneugten zoals het lezen van een goed boek, het luisteren naar mooie muziek, het drinken van een kopje koffie, de rust in mijn meditaties en noem zo maar op. Ik heb gekozen voor het leven en niet voor de dood en dat zal ik blijven doen. De bodem is niet onder mijn voeten vandaan, ik sta weer op, recht mijn rug en vervolg mijn pad. Ik huil als ik moet huilen, ik ben een klein meisje dat ten onder gaat en tegelijkertijd een moedig mens die zijn pijn draagt en de kracht weer vindt om weer terug te slaan, zolang als ik kan. Ik leef mijn leven in liefde en voor mij is dit waar het om gaat in het echte leven. Zoals auteur Stephen Levine het zegt: “Liefde is de enige rationele daad.”. Met mijn armen om jullie heen, Nelly
vrijdag 27 juli 2007
Verslagenheid
Vanmorgen geen goed nieuws gekregen, er is een aantal minuscule afwijkingen te zien in mijn long. Voelde me zo goed dat ik hier niet op gerekend had. Tranen alom. Dinsdag aanstaande hebben we een afspraak om de behandeling door te spreken. De verslagenheid is groot, maar we zijn niet verslagen. Diederik en ik zijn verdrietig, maar we voelen ons sterk en we gaan door op de ingeslagen weg die ons al heel ver heeft gebracht. Kan alle opgebouwde energie en kracht van het afgelopen half jaar inzetten voor mijn volgende slag. Samen zijn we één in mijn proces met kanker. Ik heb mijn leven en mijn lief zo lief, Nelly
zaterdag 21 juli 2007
Ik wil...
Ik wil alleen zijn met de zee
Ik wil alleen zijn met het strand
Ik wil mijn ziel wat laten varen
Niet mijn lijf en mijn verstand
Ik wil gewoon een beetje dromen
rond de dingen die ik voel
en de zee ik weet het zeker,
dat ze weet wat ik bedoel.
Ik wil alleen zijn met de golven
Ik wil alleen zijn met de lucht
Ik wil luisteren naar mijn adem
Ik wil luisteren naar mijn zucht
Ik wil luisteren naar mijn zwijgen
daarna zal ik verder gaan.
Toon Hermans
Wij zijn een weekje weg van de regen bij lieve vrienden in Zuid Frankrijk en genieten van elkaar, de zon, het landschap, de krekels en de geur van de geplukte lavendel. Woensdagavond zijn we weer op tijd terug voor mijn volgende zeswekelijkse controle in de VU op donderdag de 26ste. Met een warme omhelzing, Nelly
Ik wil alleen zijn met het strand
Ik wil mijn ziel wat laten varen
Niet mijn lijf en mijn verstand
Ik wil gewoon een beetje dromen
rond de dingen die ik voel
en de zee ik weet het zeker,
dat ze weet wat ik bedoel.
Ik wil alleen zijn met de golven
Ik wil alleen zijn met de lucht
Ik wil luisteren naar mijn adem
Ik wil luisteren naar mijn zucht
Ik wil luisteren naar mijn zwijgen
daarna zal ik verder gaan.
Toon Hermans
Wij zijn een weekje weg van de regen bij lieve vrienden in Zuid Frankrijk en genieten van elkaar, de zon, het landschap, de krekels en de geur van de geplukte lavendel. Woensdagavond zijn we weer op tijd terug voor mijn volgende zeswekelijkse controle in de VU op donderdag de 26ste. Met een warme omhelzing, Nelly
woensdag 18 juli 2007
Over de geboorte van een vlinder
Een man zat op een zonnige middag rustig te genieten in zijn tuin. Zijn oog viel op een cocon waar net wat beweging in kwam. Er verscheen een kleine opening in de cocon en een vlinder probeerde met veel moeite zijn weg naar buiten te vinden door dat kleine gaatje heen. Tot verwondering van de man was de geboorte van de vlinder een niet zo gemakkelijk proces. De vlinder was anderhalf uur bezig om te proberen uit de nauwe opening te komen. Hij raakte daardoor vrijwel uitgeput, want hij deed plotseling helemaal niets meer. De man had mededogen met de arme vlinder en liep zijn keuken in, op zoek naar een schaar. Toen hij terugkwam met de schaar zat de vlinder nog altijd in de cocon, wachtend op wat nieuwe energie. De man knipte de rest van de cocon weg. Nu kon de vlinder zich moeiteloos bevrijden. Met een schok stelde de man echter vast dat de vlinder een gezwollen lijf en verschrompelde vleugels had! Hij zag hoe de kreupele vlinder over de grond strompelde en hij wachtte vergeefs op het spreiden van de vleugels. Wat bleek? In zijn medelijden had de man niet beseft dat het nauwe gaatje de wijsheid van de natuur voorstelde. De vlinder wordt namelijk gedwongen zich door een klein gaatje te wurmen, omdat daardoor de levenssappen uit het lijf in de vleugels worden geperst. Het moeilijke geboorteproces was precies wat nodig was voor de vlinder.’.
Ook menselijke transformatie gaat over een nauw en stijl pad. We zouden vaak wel willen dat iemand ons zou bevrijden van onze lasten en beperkingen. Tot zover de auteurs Jan van Bommerez en Kees van Zijtveld in “Kun je een rups leren vliegen?”
Jaren geleden heb ik in mijn samenwerking met Kees voor het eerst kennisgemaakt met dit bijzondere verhaal. Sindsdien zit de vlinder in mijn rugzak en bij gelegenheid haal ik hem er uit. Het is een verhaal van herkenning. Ik leef mijn leven met alles wat zich daarin aandient. Mijn pad is niet het pad van de ander en wat goed voor mij is hoeft niet goed voor de ander te zijn. Ik ben mijn eigen transformatie, het is mijn groeiproces, of niet. Ik hoef anderen niet te overtuigen van mijn gelijk, zo geven we allemaal onze eigen betekenis aan de dingen in en om ons. Ieder mens is uniek, ook al hebben we veel overeenkomsten en ieder heeft zijn kwaliteiten, het één is niet beter dan andere. Het was best wel wennen toen ik als kind voor het eerst begreep dat niet iedereen hetzelfde denkt en/of voelt en niet dezelfde normen en waarden heeft. Dat wat ik de normaalste zaak van de wereld vind voor een ander niet zo hoeft te zijn en ik mijn normen niet zondermeer kan opleggen aan anderen. Pas als volwassene werd ik me bewust van het feit dat ik weliswaar begreep dat iedereen anders is, maar dat ik daar wel van alles van vond. En dat het daar niet alleen bij bleef, maar dat dit zich ook uitte in beoordelend en veroordelend gedrag naar anderen toe, bewust of onbewust. Buiten het feit dat anderen daar best wel eens last van zouden kunnen hebben, had ik er toch vooral zelf last van, het waren mijn emoties die me parten speelden. De vragen die zich aan mij voordeden waren hoe ik los kon komen van mijn vooroordelen en mijn ‘gelijk’? Hoe zorgde ik ervoor dat ik niet meer geïrriteerd, boos of gefrustreerd was als het niet ging zoals ik het wilde, de ander mij eenvoudig weg niet begreep, of als ik met iemand moest samenwerken die ik niet zag zitten? Het begon voor mij met iets kleins, met de vraag: “kijk eens wat je leuk vindt aan de ander, want ieder mens heeft iets leuks?” Dat werkte, de eerste keer dat ik aan tafel zat met een collega waar ik nogal moeite mee had stelde ik mezelf die vraag en het eerste wat bij me opkwam was “hij heeft grappige oorlelletjes”. Op datzelfde moment moest ik glimlachen en ik voelde mezelf ontspannen. Ik begreep op dat moment dat het over mij ging en niet zozeer over die ander. Hij was mijn ‘lijdend voorwerp’, maar ik was het onderwerp in deze context. Dit was het begin van een lang, soms pijnlijk, maar bovenal boeiend groei en bewustzijnsproces. Over het zien van andermans kwaliteiten, me kunnen inleven in de belevingswereld van anderen, waardering geven in plaats van afkeuring en kiezen voor geluk in plaats van gelijk. Genietend van mijn eigen ontwikkeling en de energie die er meer en meer bij mij vrijkwam in de ontdekking dat ik iets voor anderen kon betekenen door ruimte en mogelijkheden te scheppen voor hun groeiproces. Oordeel ik nu nooit meer en heb ik het daar vaak uit voortkomend geroddel voor altijd afgezworen? Nee dat niet, nog steeds betrap ik me op oordelen en een lekkere roddel op zijn tijd daar ben ik ook niet vies van. De oordelen zijn wel milder geworden, losgekomen van de mens die tegenover me zit in het bewustzijn dat ik eerst bij mezelf mag kijken en een roddel op zijn tijd beschouw ik als een kleine ontsporing, maar dan een aangename. Ik vind niet snel meer van alles van mensen, waarbij niet wil zeggen dat ik me met iedereen even goed versta. Ik zoek vooral naar de overeenkomsten en probeer me niet meer af te zetten tegen de verschillen. Ik kan anderen niet veranderen, al kan ik de wil daartoe nog niet in alle gevallen loslaten, ik kan alleen mijn eigen gedrag veranderen. Voor mij betekent veranderen niet dat ik iemand anders hoef te worden, maar dat ik dichterbij mijn oorsprong kom, in liefde voor mezelf en anderen. Authenticiteit dat is waar het voor mij om draait. Dat anderen jou soms heel anders kunnen zien dan dat je jezelf van binnen voelt heb ik aan den lijve ondervonden toen ik tien jaar geleden aan het begin van een opleiding een korte presentatie moest geven over mezelf. Een van de mannen op de opleiding zei na afloop: “Van mij mag je zakenvrouw van het jaar worden, maar met jou hoef ik geen borrel te drinken aan de bar”. Ik schrok en vroeg hem waarom niet. Waarop hij antwoordde: “Nou, je lijkt me helemaal niet zo’n aardig mens.”. Pats boem die kwam binnen zeg. Het bleek dat ik een perfect verhaal had verteld over wat ik allemaal deed en had gedaan, maar dat ik nergens in mijn verhaal iets over mezelf vertelde en dat ik zeer afstandelijk overkwam. Op dat moment kon ik wel huilen, maar de boodschap was wel binnengekomen al duurde het even voordat ik de ruimte had om het echt te laten landen. De warmte die ik in me heb en altijd heb gehad liet ik in mijn werk nauwelijks zien, onder het motto privé en werk gescheiden. Onzin met een verlengsnoer; een bron van innerlijke onzekerheid verpakt in een keurig gepolijste ‘mij doe je niets’ buitenkant. Vanaf dat moment heb ik mijn zakelijke kant geïntegreerd met mijn zachte kant oftewel 'hard met hart‘. 'Gewoon’ jezelf zijn dus vanuit de wetenschap dat wat je aan anderen geeft je ook terugkrijgt en voor mij is dat oprechte aandacht en betrokkenheid. Voor iedereen die mij lief is, zoen Nelly
Ook menselijke transformatie gaat over een nauw en stijl pad. We zouden vaak wel willen dat iemand ons zou bevrijden van onze lasten en beperkingen. Tot zover de auteurs Jan van Bommerez en Kees van Zijtveld in “Kun je een rups leren vliegen?”
Jaren geleden heb ik in mijn samenwerking met Kees voor het eerst kennisgemaakt met dit bijzondere verhaal. Sindsdien zit de vlinder in mijn rugzak en bij gelegenheid haal ik hem er uit. Het is een verhaal van herkenning. Ik leef mijn leven met alles wat zich daarin aandient. Mijn pad is niet het pad van de ander en wat goed voor mij is hoeft niet goed voor de ander te zijn. Ik ben mijn eigen transformatie, het is mijn groeiproces, of niet. Ik hoef anderen niet te overtuigen van mijn gelijk, zo geven we allemaal onze eigen betekenis aan de dingen in en om ons. Ieder mens is uniek, ook al hebben we veel overeenkomsten en ieder heeft zijn kwaliteiten, het één is niet beter dan andere. Het was best wel wennen toen ik als kind voor het eerst begreep dat niet iedereen hetzelfde denkt en/of voelt en niet dezelfde normen en waarden heeft. Dat wat ik de normaalste zaak van de wereld vind voor een ander niet zo hoeft te zijn en ik mijn normen niet zondermeer kan opleggen aan anderen. Pas als volwassene werd ik me bewust van het feit dat ik weliswaar begreep dat iedereen anders is, maar dat ik daar wel van alles van vond. En dat het daar niet alleen bij bleef, maar dat dit zich ook uitte in beoordelend en veroordelend gedrag naar anderen toe, bewust of onbewust. Buiten het feit dat anderen daar best wel eens last van zouden kunnen hebben, had ik er toch vooral zelf last van, het waren mijn emoties die me parten speelden. De vragen die zich aan mij voordeden waren hoe ik los kon komen van mijn vooroordelen en mijn ‘gelijk’? Hoe zorgde ik ervoor dat ik niet meer geïrriteerd, boos of gefrustreerd was als het niet ging zoals ik het wilde, de ander mij eenvoudig weg niet begreep, of als ik met iemand moest samenwerken die ik niet zag zitten? Het begon voor mij met iets kleins, met de vraag: “kijk eens wat je leuk vindt aan de ander, want ieder mens heeft iets leuks?” Dat werkte, de eerste keer dat ik aan tafel zat met een collega waar ik nogal moeite mee had stelde ik mezelf die vraag en het eerste wat bij me opkwam was “hij heeft grappige oorlelletjes”. Op datzelfde moment moest ik glimlachen en ik voelde mezelf ontspannen. Ik begreep op dat moment dat het over mij ging en niet zozeer over die ander. Hij was mijn ‘lijdend voorwerp’, maar ik was het onderwerp in deze context. Dit was het begin van een lang, soms pijnlijk, maar bovenal boeiend groei en bewustzijnsproces. Over het zien van andermans kwaliteiten, me kunnen inleven in de belevingswereld van anderen, waardering geven in plaats van afkeuring en kiezen voor geluk in plaats van gelijk. Genietend van mijn eigen ontwikkeling en de energie die er meer en meer bij mij vrijkwam in de ontdekking dat ik iets voor anderen kon betekenen door ruimte en mogelijkheden te scheppen voor hun groeiproces. Oordeel ik nu nooit meer en heb ik het daar vaak uit voortkomend geroddel voor altijd afgezworen? Nee dat niet, nog steeds betrap ik me op oordelen en een lekkere roddel op zijn tijd daar ben ik ook niet vies van. De oordelen zijn wel milder geworden, losgekomen van de mens die tegenover me zit in het bewustzijn dat ik eerst bij mezelf mag kijken en een roddel op zijn tijd beschouw ik als een kleine ontsporing, maar dan een aangename. Ik vind niet snel meer van alles van mensen, waarbij niet wil zeggen dat ik me met iedereen even goed versta. Ik zoek vooral naar de overeenkomsten en probeer me niet meer af te zetten tegen de verschillen. Ik kan anderen niet veranderen, al kan ik de wil daartoe nog niet in alle gevallen loslaten, ik kan alleen mijn eigen gedrag veranderen. Voor mij betekent veranderen niet dat ik iemand anders hoef te worden, maar dat ik dichterbij mijn oorsprong kom, in liefde voor mezelf en anderen. Authenticiteit dat is waar het voor mij om draait. Dat anderen jou soms heel anders kunnen zien dan dat je jezelf van binnen voelt heb ik aan den lijve ondervonden toen ik tien jaar geleden aan het begin van een opleiding een korte presentatie moest geven over mezelf. Een van de mannen op de opleiding zei na afloop: “Van mij mag je zakenvrouw van het jaar worden, maar met jou hoef ik geen borrel te drinken aan de bar”. Ik schrok en vroeg hem waarom niet. Waarop hij antwoordde: “Nou, je lijkt me helemaal niet zo’n aardig mens.”. Pats boem die kwam binnen zeg. Het bleek dat ik een perfect verhaal had verteld over wat ik allemaal deed en had gedaan, maar dat ik nergens in mijn verhaal iets over mezelf vertelde en dat ik zeer afstandelijk overkwam. Op dat moment kon ik wel huilen, maar de boodschap was wel binnengekomen al duurde het even voordat ik de ruimte had om het echt te laten landen. De warmte die ik in me heb en altijd heb gehad liet ik in mijn werk nauwelijks zien, onder het motto privé en werk gescheiden. Onzin met een verlengsnoer; een bron van innerlijke onzekerheid verpakt in een keurig gepolijste ‘mij doe je niets’ buitenkant. Vanaf dat moment heb ik mijn zakelijke kant geïntegreerd met mijn zachte kant oftewel 'hard met hart‘. 'Gewoon’ jezelf zijn dus vanuit de wetenschap dat wat je aan anderen geeft je ook terugkrijgt en voor mij is dat oprechte aandacht en betrokkenheid. Voor iedereen die mij lief is, zoen Nelly
woensdag 11 juli 2007
Aandacht als medicijn
Kreeg van de week een interessant artikel opgestuurd uit de Happinez van Henk Fransen. Henk Fransen was arts in India en Afrika. In Nederland begeleidt hij al weer een aantal jaren mensen met kanker. Warmte, liefde, aandacht, betrokkenheid en steun geven doet je goed. Zowel degene die het krijgt als degene die het geeft. Beiden voelen zich er beter door. “Dat komt”, zegt Henk fransen. “omdat er een stroom op gang komt die leven gevend is en die een positief effect blijkt te hebben op de gezondheid en het zelfgenezend vermogen van mensen. “. Henk raakte gefascineerd door diverse onderzoeken waarin werd aangetoond dat liefdevolle verbindingen een gunstig effect hebben op onze gezondheid. Hij gelooft erin en past het principe daarom ook toe in zijn begeleiding van mensen met kanker. “Belangrijk is dat je als patiënt de eerste stap zet. Dat je de moed hebt om steun te vagen en uit te reiken naar anderen. Daarvoor moet je de muren die je soms om je heen hebt opgetrokken laten vallen en je kwetsbaar opstellen. Je zegt tegen de ander dat je steun nodig hebt om het vol te houden.”. Henk heeft het onder andere over bondgenoten en niet over lotgenoten, voor mij zeer aansprekend vanwege de verbinding en lotgenoot klinkt toch meer als ‘lijdend onderwerp’. Wat zou het toch mooi zijn als er vanuit de reguliere medische geneeskunde meer aandacht komt voor de psychosociale en spirituele begeleiding van mensen met kanker. Meer aandacht voor de impact van ‘gezond’ leven. Een integrale aanpak gericht op het fysieke, mentale, spirituele en sociale niveau. Waarbij de mens centraal staat en niet de tumorcellen en er maatwerk geleverd wordt omdat ieder mens uniek is. Waarbij de medische protocollen richtinggevend zijn, maar niet leidend, de aandacht uitgaat naar de acceptatie van de diagnose en niet zozeer naar de prognose, waarbij mensen de verantwoordelijkheid nemen voor hun ziekte en zelf de regie hebben. Waar de mogelijkheid wordt geboden om naast het ondergaan van de conventionele behandelingen zicht te krijgen op wat je zelf kunt doen en er handvatten worden aangereikt voor mogelijke alternatieven. In de conventionele medische wereld werkt iets als het wetenschappelijk is bewezen dat het werkt. Dat is een gegeven en dat staat voor een zekere zekerheid. Maar welke zekerheid hang je aan als dezelfde medische wetenschap je geen vooruitzichten meer geeft? Of als je alleen de kanker aanpakt en geen aandacht hebt voor het algemene welzijn van je innerlijke mens en je sociale omgeving. De medische wetenschap is wezenlijk voor de behandeling voor mensen met kanker, maar er is meer. Bewezen en onbewezen, als het voor mij werkt dan werkt het, bij mezelf blijven en doen wat bij me past. Met beide benen op de grond en vanuit de mogelijkheden die ik heb en de realiteit van de situatie waarin ik verkeer. Vanuit wie ik ben en de ‘wetenschap’ van mijn innerlijk bewustzijn, dat weet wat goed voor mij is. “I have a dream.”.
Nu mijn aandacht aan het verschuiven is, of beter gezegd nu er ruimte komt voor andere zaken, denk ik voorzichtig weer aan een paar uurtjes werken, op weekbasis gezien. Dit heb ik al in een eerdere fase benoemd, maar toen was het meer vanuit de gedachte: “Ik wil weer meedoen, gezond zijn en erbij horen.”. Nu lijkt het gezien mijn huidige conditie en gesteldheid veel reëler om weer iets op te gaan pakken. Met alle voorzichtigheid van dien, want al lijkt het heel wat, mijn dagelijkse, zeer beperkte, huishoudentje runnen geeft vaak mijn limiet al aan. En dan kom ik al gauw uit op arbeidstherapeutische basis met de volgende randvoorwaarden; geen werkdruk en stress, geen verantwoordelijkheid, er kan niet op me gerekend worden, mobiel tot 2 meter om mijn huis, want daar beginnen de files al en dan wil ik ook nog graag zinvol werk doen. Want mijn beperkte energie en tijd zijn te kostbaar voor zo maar een klusje. Heb dit met mijn leidinggevende besproken en naast een glimlach kreeg ik de opmerking: “Nou, dan mag je ons wel goed managen, maar ik zie zeker mogelijkheden”. Ik zei dat het allereerst een kwestie is om mezelf goed te managen, want ik ken mezelf. Ik kan niet zo maar iets doen, als ik het doe wil ik het goed doen en dingen naar me toe trekken is me ook niet vreemd. Het is toch een wonder dat ik me hier weer ‘druk’ over mag maken, ik bedoel me over kan bezinnen? Na de vakantie periode bespreken we de opties voor een zingevende bijdrage voor allebei. Ik heb er alle vertrouwen in en zie er naar uit, weer een stapje verder vooruit en dat er nog maar veel mogen volgen. Een warme omhelzing, Nelly
Nu mijn aandacht aan het verschuiven is, of beter gezegd nu er ruimte komt voor andere zaken, denk ik voorzichtig weer aan een paar uurtjes werken, op weekbasis gezien. Dit heb ik al in een eerdere fase benoemd, maar toen was het meer vanuit de gedachte: “Ik wil weer meedoen, gezond zijn en erbij horen.”. Nu lijkt het gezien mijn huidige conditie en gesteldheid veel reëler om weer iets op te gaan pakken. Met alle voorzichtigheid van dien, want al lijkt het heel wat, mijn dagelijkse, zeer beperkte, huishoudentje runnen geeft vaak mijn limiet al aan. En dan kom ik al gauw uit op arbeidstherapeutische basis met de volgende randvoorwaarden; geen werkdruk en stress, geen verantwoordelijkheid, er kan niet op me gerekend worden, mobiel tot 2 meter om mijn huis, want daar beginnen de files al en dan wil ik ook nog graag zinvol werk doen. Want mijn beperkte energie en tijd zijn te kostbaar voor zo maar een klusje. Heb dit met mijn leidinggevende besproken en naast een glimlach kreeg ik de opmerking: “Nou, dan mag je ons wel goed managen, maar ik zie zeker mogelijkheden”. Ik zei dat het allereerst een kwestie is om mezelf goed te managen, want ik ken mezelf. Ik kan niet zo maar iets doen, als ik het doe wil ik het goed doen en dingen naar me toe trekken is me ook niet vreemd. Het is toch een wonder dat ik me hier weer ‘druk’ over mag maken, ik bedoel me over kan bezinnen? Na de vakantie periode bespreken we de opties voor een zingevende bijdrage voor allebei. Ik heb er alle vertrouwen in en zie er naar uit, weer een stapje verder vooruit en dat er nog maar veel mogen volgen. Een warme omhelzing, Nelly
dinsdag 3 juli 2007
Nog even over troost...
Naar aanleiding van mijn log van 20 juni heb ik veel reacties gekregen. Vanzelfsprekende reacties die aansluiten bij mijn huidige status: “Het gaat nu zo goed, ik kan (even) loslaten, mijn energie aan anderen (dingen) geven, maar in mijn gedachten ben je er altijd”. En dat weet ik, want ook al is het voor mij nu een verwarrende periode en ben ik aan het worstelen met mijn gevoelens, ik beschouw het feit dat de aandacht voor mijn ziek zijn anders wordt als een natuurlijk proces. Mijn aandacht is ook aan het veranderen, ik ben niet meer dag in dag uit gefocused op mijn behandelingen, ziek zijn en herstellen. Op lichamelijk gebied is het nu rustig en dat is een grote zegen, maar de onrust en onzekerheid zijn er ook en ik weet bij lange na niet welke fases nog volgen. Maar ik weet wel dat ik door jullie gedragen word en ik heb een rotsvast geloof in de helende kracht die mij daardoor gegeven wordt. Ik kan mijn pad lopen in de aanwezigheid van jullie liefdevolle aandacht en energie. Dat gevoel is diep verankerd en zal altijd bij me zijn. Dat hoef ik niet continu omgezet te zien in een tastbare vorm om het te kunnen zien en voelen. Alleen blijft het zo heerlijk menselijk om intens te genieten van die niet aflatende stroom van liefdevolle aandacht en bevestiging. Het laatste wat ik wilde met mijn log van de 20ste was schuldgevoelens losmaken en toch is dat gebeurd. Dat begrijp ik ook, maar weet dat als we al over schuld moeten praten, mijn ‘schuld’ aan jullie nooit ingelost kan worden. Ik heb veel van en aan jullie gevraagd, maar ik voel me niet schuldig over het feit dat ik jullie betrokken heb ik mijn proces, jullie heb gevraagd om met me mee te lopen en me te steunen. Ik voelde dat ik jullie nodig had en ik ben blij dat ik jullie hulp durfde te vragen en heb gekregen. Ik weet dat jullie er zijn, op elk moment en in welke vorm dan ook. Ik ben en blijf jullie dankbaar voor alle liefde en zegeningen. Daarom zegen ik jullie vandaag, met mijn liefde en met een Aartsengel.
Vanuit mijn spirituele belangstelling werk ik soms met kaarten die ik gebruik in de vorm van een soort gidsen rondom de ‘levensvragen’ die ik heb. Maar ook trek ik zomaar eens een kaartje, voor dit moment of voor deze dag, voor mezelf of voor iemand anders. De kaarten helpen me om de antwoorden in mezelf te vinden en ze werken motiverend en inspirerend. In mijn verzameling heb ik onder andere; Engelenkaarten, Dolfijnen en Knuffelkaartjes. De kaarten gebruikte ik ook wel in mijn werk en leidden vaak tot mooie gesprekken, beschouwingen en bezinning. Ik vind de boodschappen die tot mij komen via de kaarten altijd weer verrassend toepasselijk.
De Aartsengel Jeremiël die ik nu op dit moment voor jullie trek komt uit de serie “Het Orakel van de Aartsengelen” van Doreen Vitue en is een set van vijfenveertig kaarten met vijftien Aartsengelen. De titel van het kaartje is “Moeilijkheden overwinnen” met daarbij de volgende tekst: “Het ergste ligt nu achter je en je hebt elke uitdaging uit het verleden overwonnen. De uitdagingen die je bent tegengekomen hebben je sterker gemaakt en hebben je nieuwe lessen geleerd. In plaats van hier met bitterheid naar terug te kijken, heb je je hart door middel van onvoorwaardelijke liefde geopend naar mensen in gelijke omstandigheden. Je voelt geen enkele schaamte of schuld meer. Hierdoor heb je je vroegere moeilijkheden kunnen overwinnen. Je positieve uitstraling trekt liefdevolle oplossingen aan en nieuwe situaties op een hoger niveau van spiritueel inzicht. Blijf positief! De naam Jeremiël betekent ‘Gods Goedheid en als je hem oproept geeft Jeremiël zijn goedheid aan jou en iedereen die er bij betrokken is. Jeremiël begeleidt jou en anderen mensen om liefdevol met elkaar om te gaan. Hij helpt je ook om een liefdevolle uitstraling te krijgen , waardoor je jezelf voortdurende met respect en tedere liefderijke zorg omringt.”. Ik omhels jullie met zachtheid en een glimlach, Nelly
Vanuit mijn spirituele belangstelling werk ik soms met kaarten die ik gebruik in de vorm van een soort gidsen rondom de ‘levensvragen’ die ik heb. Maar ook trek ik zomaar eens een kaartje, voor dit moment of voor deze dag, voor mezelf of voor iemand anders. De kaarten helpen me om de antwoorden in mezelf te vinden en ze werken motiverend en inspirerend. In mijn verzameling heb ik onder andere; Engelenkaarten, Dolfijnen en Knuffelkaartjes. De kaarten gebruikte ik ook wel in mijn werk en leidden vaak tot mooie gesprekken, beschouwingen en bezinning. Ik vind de boodschappen die tot mij komen via de kaarten altijd weer verrassend toepasselijk.
De Aartsengel Jeremiël die ik nu op dit moment voor jullie trek komt uit de serie “Het Orakel van de Aartsengelen” van Doreen Vitue en is een set van vijfenveertig kaarten met vijftien Aartsengelen. De titel van het kaartje is “Moeilijkheden overwinnen” met daarbij de volgende tekst: “Het ergste ligt nu achter je en je hebt elke uitdaging uit het verleden overwonnen. De uitdagingen die je bent tegengekomen hebben je sterker gemaakt en hebben je nieuwe lessen geleerd. In plaats van hier met bitterheid naar terug te kijken, heb je je hart door middel van onvoorwaardelijke liefde geopend naar mensen in gelijke omstandigheden. Je voelt geen enkele schaamte of schuld meer. Hierdoor heb je je vroegere moeilijkheden kunnen overwinnen. Je positieve uitstraling trekt liefdevolle oplossingen aan en nieuwe situaties op een hoger niveau van spiritueel inzicht. Blijf positief! De naam Jeremiël betekent ‘Gods Goedheid en als je hem oproept geeft Jeremiël zijn goedheid aan jou en iedereen die er bij betrokken is. Jeremiël begeleidt jou en anderen mensen om liefdevol met elkaar om te gaan. Hij helpt je ook om een liefdevolle uitstraling te krijgen , waardoor je jezelf voortdurende met respect en tedere liefderijke zorg omringt.”. Ik omhels jullie met zachtheid en een glimlach, Nelly
donderdag 21 juni 2007
Een verwarrende tijd
Gevoelens en gedachten gaan met me op de loop. Aan welke durf ik en mag ik de ruimte geven en aan welke niet. Hoe is het met me? Nu al een half jaar zonder zichtbare afwijkingen. Enorme dankbaarheid, blijheid, maar ook onrust en onzekerheid. De status ‘ongeneeslijk’ ziek is er nog steeds, maar zo word ik zeker niet meer gezien door mijn omgeving. Wat wil je ook als je ziet hoe het met me gaat en gelukkig maar! Natuurlijk, ik heb mijn beperkingen; met één long, één stemband en een kwetsbare lichamelijke conditie door alle behandelingen die ik in één jaar tijd heb ondergaan. Dat merk ik vooral als ik, zoals afgelopen weken, te maken krijg met redelijk eenvoudige aandoeningen als een blaasontsteking en een voedselvergiftiging. Twee antibiotica kuren achter elkaar, een week niet goed kunnen eten en bewegen en mijn lichaam is flink ontregeld. Gisteren de huisarts nog gebeld omdat ik me nog steeds slap voel en af ten toe aanvallen krijg van oververhitting, zweten en misselijkheid. Als klachten langer aanhouden dan dat ik gewend was voor ‘MPMK’, maak ik me toch al snel zorgen, ook met een goede scan in de achterzak. De huisarts zei dat het hoogstwaarschijnlijk is dat mijn lichaam weer in balans moet komen, dat herstelperioden met mijn ziektebeeld nu eenmaal langere tijd in beslag nemen. Dat ik kwetsbaar ben en daardoor vatbaar. Oké als het dat maar is dan neem ik mijn rust met rust. Wel vreemd, toen mijn weerstand echt laag was tijdens de chemokuren kwam er geen bacterie of virus bij me binnen. Ik zie het voor me ‘Mijn weerstand’: “Wegwezen kleintjes, wij zijn bezig met het bestrijden van een echte crisis, voor jullie geen plaats, ga een ander lastig vallen!”. Het is telkens weer zoeken in mijn proces met kanker (MPMK). Voor mij en ook mijn omgeving. Mijn ziektestatus is genormaliseerd en het leven gaat door. De belangstelling die overweldigend was en hartverwarmend loopt terug en ook dat is wennen. Ook daar zitten meer kanten aan. De enorme steun en liefde die ik heb ervaren in de grootste crisis van mijn leven heeft me geholpen mijn pad te lopen en te blijven geloven in mijn proces, om vast te kunnen houden aan het leven omringd door liefdevolle steun en aandacht. Ik ben een bevoorrecht mens die ‘in’ leven heeft mogen voelen en beleven hoe ongelooflijk groot de liefde en onvoorwaardelijke steun is van een mooie groep mensen om mij heen. Nu die aandacht terugloopt zijn er tegenstrijdige gevoelens. Ik weet wat ik voor mensen beteken en wat ze voor me voelen en dat is voor altijd in mijn hart gesloten. Ik hoef niet ziek te zijn om dat te zien en te voelen, maar toch ook is er gemis. Gemis van het dagelijkse bad met liefdevolle uitingen, warmte, gedeelde emoties en onverdeelde aandacht. Ik sta mezelf nauwelijks toe om naar dat laatste te kijken, bang dat ik me als een verwend kind gedraag, juist blij moet zijn dat mijn leven zich weer in normale doen aanvangt, dat het nu zo goed met me gaat. Dat dit het allerbelangrijkste is. Hetzelfde gebeurt met mijn verwarrende gevoelens over mijn huidige gezondheidsstatus. Niet alleen maar dankbaarheid en blijheid, maar ook onrust en onzekerheid. Het is er allemaal en het vraagt ruimte en het staat tegelijkertijd weer zo haaks op de uitspraak: “Gezonde mensen hebben veel wensen, zieke mensen hebben er maar één.”. Betekent dit dan toch dat ik een gezond mens ben? Ik ga de rust nemen om te kijken wat er allemaal is, ik ga het toelaten, zoals ik alle gedachten en gevoelens heb toegelaten in de afgelopen anderhalf jaar. Stilstaan bij wat er allemaal met me gebeurt is en naast mijn helende lichaamswerk tijd nemen om mijn hart te helen. Geen proost, maar troost dit keer. Stapje voor stapje, met liefde voor mezelf en in liefde voor jullie. Zoen, Nelly
vrijdag 15 juni 2007
Met een dag vertraging en de titel is: 'Roze champagne'
Mijneigenweblog is het doel geweest van hackers vandaar dat de site gisteren en vanmorgen niet bereikbaar was. Dus bij deze het goede nieuws van de 14de juni;
Om 11.30 uur heb ik Yvon toegezongen: “lang zullen we leven, lang zullen we leven”. Met een fles koude roze bubbels van Amsterdam naar Haarlem gereden en daar ons dubbele feestje gevierd. Weer een schone scan, al een half jaar zijn er geen afwijkingen meer te zien. Ik vind het een wonder en ik voel me bevoorrecht op dit moment. Ik leef van scan naar scan in een cyclus van zes weken met steeds meer leven en steeds meer plannetjes. Ik zei vanmorgen nog tegen de arts dat ik enorm gespannen was omdat ik meer en meer aan het terugkomen ben in mijn ‘normale’ leven en me oh zo goed realiseer wat ik weer allemaal te verliezen heb. Het is en blijft een rollercoaster mijn proces met kanker, maar vandaag kan het even niet beter. Loslaten, genieten in het hier en nu en mijn leven vieren. Met een voorzichtige en gezonde nieuwsgierigheid naar mijn nabije toekomt en de volgende stappen op mijn levenspad. Dank jullie wel voor alle liefdevolle support onderweg, ik breng een toost uit op jullie, dikke zoen Nelly
Om 11.30 uur heb ik Yvon toegezongen: “lang zullen we leven, lang zullen we leven”. Met een fles koude roze bubbels van Amsterdam naar Haarlem gereden en daar ons dubbele feestje gevierd. Weer een schone scan, al een half jaar zijn er geen afwijkingen meer te zien. Ik vind het een wonder en ik voel me bevoorrecht op dit moment. Ik leef van scan naar scan in een cyclus van zes weken met steeds meer leven en steeds meer plannetjes. Ik zei vanmorgen nog tegen de arts dat ik enorm gespannen was omdat ik meer en meer aan het terugkomen ben in mijn ‘normale’ leven en me oh zo goed realiseer wat ik weer allemaal te verliezen heb. Het is en blijft een rollercoaster mijn proces met kanker, maar vandaag kan het even niet beter. Loslaten, genieten in het hier en nu en mijn leven vieren. Met een voorzichtige en gezonde nieuwsgierigheid naar mijn nabije toekomt en de volgende stappen op mijn levenspad. Dank jullie wel voor alle liefdevolle support onderweg, ik breng een toost uit op jullie, dikke zoen Nelly
Abonneren op:
Posts (Atom)