vrijdag 31 augustus 2007

Moe

Ik kan met regelmaat zo moe zijn, dat ik niet weet waar ik het vandaan moet halen. Compleet futloos voel ik me dan, geen energie om wat dan ook te ondernemen. De moeheid is er ogenschijnlijk plotseling, zonder waarschuwing en niet altijd als direct gevolg van een inspanning. Ik heb beduidend minder energie dan voor mijn ziekte en het is niet makkelijk om mijn grenzen niet te overschrijden. Ik neem, als ik me goed voel, toch snel weer een stapje meer en dat kan er dan net één teveel zijn. En daar merk je niets van op het moment zelf, dan loopt het gewoon lekker. Zoals afgelopen zondag, we zijn naar het Kröller-Müller museum geweest op de Hoge Veluwe. Heerlijk gefietst en gewandeld, samen met mijn zus Anjelle en haar gezin. Zo lief, vanaf het eerste heuveltje kwam mijn grote neef Max, hij is inmiddels 14 jaar, naast me rijden om me een duwtje in de rug te geven. Zonder dat ik iets gevraagd of gezegd had. De hele dag door heeft hij me bij elke klim geholpen en dat was heel comfortabel zonder krachtverlies en ademtekort. Was op deze manier in staat om kilometers lang zelfstandig te fietsen en had nergens last van. Ik kon de hele dag doortrekken; de zon scheen, de hei was één paarse gloed en het museum en de beeldentuin blijven een feestje om doorheen te wandelen. De dag erna voelde ik me wat moe, maar gisteren pas kwam de man met de hamer. Het is moeilijk te zeggen of dit nou het gevolg is van een zeer actieve zondag of dat er een andere reden aan ten grondslag ligt, ik weet het niet. Misschien is mijn beperkte energie er ook de oorzaak van dat ik geen stress of druk aankan en niets meer zie in haasten en jachten. Als gezond mens kon ik me geen voorstelling maken van de beperkingen die ik nu aan den lijve ervaar. Niets is meer vanzelfsprekend, elke activiteit kost energie. Was vroeger natuurlijk ook zo, maar toen deed ik al deze ogenschijnlijk vanzelfsprekende zaken gewoon naast mijn werk. Als ik toen moe was, dan kon ik dat meestal direct terugleiden naar mijn werk en me daar makkelijk bij neerleggen. Nu kan ik zo maar ineens overvallen worden door moeheid, ja van wat eigenlijk? Ik lees dat (extreme) moeheid een veelgehoorde klacht is onder bondgenoten, tijdens, maar vaak ook nog lange tijd na hun ziekte. In het verleden werden deze klachten onderschat, maar nu uit onderzoek blijkt dat tachtig procent van de mensen tijdens hun ziekte en tweederde van de mensen na hun genezing van kanker kampen met vermoeidheid komt er meer aandacht voor behandeling en nazorg. Ik wil er lang niet altijd aan toegeven, maar soms kan ik niet anders. Dan laat ik het maar even zijn gang gaan en gun mezelf de nodige hanguurtjes. Ik zoek nog naar mijn energiebalans tussen passief en gedoseerd actief zijn. En zo blijft mijn welzijn aandacht vragen. Sinds een paar weken ben ik ook weer onder behandeling van een fysiotherapeut, omdat de pijn in mijn rug niet meer te hanteren was. Een slopende, zeurende zenuwpijn die te vergelijken is met aanhoudende kiespijn. Sinds vorige week voel ik verlichting en ik heb goede hoop dat deze verbetering zich doorzet. Verder voel ik me lichamelijk best goed, mijn eetlust is prima en mijn smaak is weer helemaal als vanouds. Het dieet dat ik volg is helemaal ingeburgerd en kost me geen enkele moeite meer. Helemaal afgekikt van suiker, vlees, vet en instant klaargemaakt voedsel. Zo puur mogelijk met een overvloed aan fruit en groente. Ik zondig alleen wanneer er bij mijn favoriete Italiaan zelfgemaakte frieten op tafel komen met rozemarijn en knoflook, maar ook dan ligt de grens bij maximaal vijf. Mijn gewicht is constant en ik doe dagelijks aan beweging om mijn lichaam in conditie te houden. Onder het motto ‘ik ben een gezonde vrouw in een gezond lichaam’. Wetende welk zwaard er boven mijn hoofd hangt ben ik toch ook nu weer goed in staat om los te laten en te genieten in het moment. Toch is er weinig voor nodig om helemaal in tranen te zijn. Vorige week kon ik ineens niet meer goed zien en zag ik in één oog een watergolf. De paniek sloeg toe, omdat ik weet dat uitzaaiingen in de hersenen tot uitval leiden. Ik geloof dat ik dit de meest beangstigende gedachte vind, dat mijn hersens en daarmee ook mijn persoonlijkheid aangetast kunnen worden. Niet aan denken, dit gaat gewoon niet gebeuren! Toen ik in de uren daarop volgend hoofdpijn kreeg, leek het op een verschijnsel van migraine. Duurde wel weer even voordat ik gerust was. De hoofdpijn ging over en sindsdien heb ik geen klachten meer. Het blijft lopen op eieren. Gewoon doorlopen, niet te lang stilstaan, het gaat goed. Diederik en ik hadden nog plannen om eind vorige week naar de bergen te gaan, maar deze hebben we laten schieten. Op een of andere manier ontbrak bij ons de reisspirit en als we nu naar het noodweer in de Alpen kijken dan zijn we blij dat we niet zijn gegaan. Na de volgende scan, op de 11de september, pakken we de reisgids weer op. Zoen Nelly