dinsdag 5 februari 2008

In aanloop naar Zuid Afrika

Geen stembandbehandeling vandaag want mijn verkoudheid is nog niet over. Het ziekenhuis heeft een patiënte bereid gevonden te ruilen met volgende week dinsdag, waardoor het, net voor mijn vertrek, alsnog mogelijk is om geholpen te worden. Geweldig die flexibiliteit en medewerking van zowel het ziekenhuis als ‘mijn’ medepatiënte, dankjewel! Verkouden zijn is in mijn omstandigheden geen pretje, het naarst zijn die momenten waarop kleine slijmpropjes de toegang tot mijn adem afsluiten en ik luttele seconden dreig te stikken. Nou heb ik door ervaring wel geleerd dat dit niet gebeurd en dat ik het ongemak kan wegslikken, maar het blijft een angstig gevoel. En dan hoop ik maar steeds dat dit niets over mijn voorland zegt. Conditioneel gezien hakt dit virus er ook weer aardig in en daarmee wordt mijn precaire balans weer bevestigd. En toch denk ik dat ik niet te klagen heb, want ik ben al weer aan de beterende hand en als ik op de geluiden in mijn omgeving afga dan zijn veel mensen grieperig en soms al weken aan het kwakkelen met een stevig verkoudheidsvirus. Onze reis komt dichterbij en ik verheug me er op; elke dag even vooruit blikken naar de temperatuur en die is constant tussen de 23 en 30 graden Celsius. Ik ben begonnen in het ‘Het wonder voorbij’, een boek van Allister Sparks, een van Zuid Afrika's bekendste journalisten, die de geschiedenis van het moderne Zuid Afrika beschrijft. Dit boek is het vervolg op ‘Kust van de goede hoop’, die de geschiedenis beschrijft vóór de afschaffing van de apartheid. Een schrijnende geschiedenis waar onze voorvaders een onthutsend aandeel in hebben gehad. En ook nu, 14 jaar na de afschaffing van de apartheid in 1994, kampt het huidige Zuid Afrika nog steeds met grote problemen als buitensporige criminaliteit, grote werkeloosheid en een aids-epidemie die zijn weerga niet kent. Wie de, zeer aanbevelingswaardige, documentaire van Adriaan van Dis volgt op zondagavond, ziet de worsteling van het ‘nieuwe’ Zuid Afrika. Zijn opmerking in het eerste deel: “Wie zegt dat Zuid Afrika een mooi land is, kent het niet.”, maakte dat ik me best wel beschaamd en aangesproken voelde, omdat ook wij als verwende toeristen slechts een heel klein deel en dan nog alleen maar de ‘mooie’ en ogenschijnlijke veilige toeristische kant van Zuid Afrika bezoeken… En voorbij dat schaamtemoment ben ik weer gewoon een toerist die Zuid Afrika een mooie vakantiebestemming vindt en geniet van de schoonheid van het land in het besef van alle donkere kanten waar de bevolking mee te kampen heeft. Ik kan alleen maar de hoop uitspreken dat er een betere toekomst is weggelegd voor de bewoners van Zuid Afrika en dat Nelson Mandela’s droom over de opbouw van één enkele natie, die bestaat uit alle uiteenlopende rassen, huidskleuren, talen en religies, geschiedenis gaat schrijven. Warme groet, Nelly

Die kind wat dood geskiet is deur soldate by Nyanga

Die kind is nie dood nie
die kind lig sy vuiste teen sy moeder
wat Afrika skreeu skreeu die geur van vryheid en heide
in die lokasies van die omsingelde hart

Die kind lig sy vuiste teen sy vader
in die optog van die generasies
wat Afrika skreeu skreeu die geur
van geregtigheid en bloed
in die strate van sy gewapende trots

Die kind is nie dood nie
nòg by Langa nòg by Nyanga
nòg by Orlando nòg by Sharpville
nòg by die polisiestasie in Philippi
waar hy lê met 'n koeël deur sy kop

Die kind is die skaduwee van die soldate
op wag met gewere sarasene en knuppels
die kind is teenwoordig by alle vergaderings en wetgewings
die kind loer deur die vensters van huise en in die harte
van moeders
die kind wat net wou speel in die son by Nyanga is orals
die kind wat 'n man geword het trek deur die ganse Afrika
die kind wat 'n reus geword het reis deur die hele wêreld

Sonder 'n pas

Ingrid Jonker Maart 1960

Het kind dat doodgeschoten is door soldaten bij Nyanga

Het kind is niet dood
het kind heft zijn vuisten naar zijn moeder
die Afrika schreeuwt de geur schreeuwt van vrijheid en heide
in de townships van het omsingelde hart

het kind heft zijn vuisten naar zijn vader
in de optocht van de generaties
die Afrika schreeuwen de geur schreeuwen
van gerechtigheid en bloed
in de straten van zijn gewapende trots

Het kind is niet dood
noch bij Langa noch bij Nyanga
noch bij Orlando noch bij Sharpville
noch bij het politiebureau van Philippi
waar het ligt met een kogel door zijn hoofd

Het kind is de schaduw van de soldaten
op wacht met geweren pantserwagens en knuppels
het kind is aanwezigbij alle vergaderingen en wetgevingen
het kind loert door de vensters van huizen en in de harten
van moeders
het kind dat alleen maar wilde spelen in de zon bij Nyanga is overal
het kind dat een man is geworden trekt door heel Afrika
het kind dat een reus is geworden trekt door de gehele wereld

Zonder pas

Vertaling Gerrit Komrij