donderdag 31 januari 2008
Grieperig
Tijdens mijn laatste chemodip, zo’n tien dagen na de laatste gift, ben ik niet in staat gebleken om een opdringerig virus te ontlopen, met als gevolg een fikse verkoudheid die zich nu, 14 dagen later, in volle glorie openbaart. En dat hakt er gelijk lekker in bij mij, voel me rillerig, grieperig, slap en het water stroomt uit mijn ogen en neus. Al mijn leuke plannetjes voor de komende dagen vallen dus letterlijk in het water en mijn grootste zorg is nu dat ik deze snotjongens weet kwijt te raken voor aanstaande dinsdag. Want dan staat het inspuiten van mijn stemband op de planning en dat kan ik wel vergeten als ik verkouden ben. Dat zou heel vervelend zijn omdat we de 14de naar Kaapstad vertrekken en ik mijn spraakzaamheid voor langere tijd wil borgen. Nou heeft mijn stem me de afgelopen weken wel voor verrassingen doen staan. Het ging eind december ineens heel snel bergafwaarts waardoor ik halverwege mijn zinnen al weer naar lucht aan het happen was, maar de laatste twee weken denk ik: “Nou het valt eigenlijk wel weer mee”. Wonderlijk, mijn stem wisselt in kracht en dat ben ik niet gewend, meestal loopt mijn stem alleen maar terug naarmate de behandeling langer geleden is. Duimen maar voor dinsdag en ik zal me de komende dagen flink gedeisd houden. Vorige week donderdag zijn we teruggekomen uit Frankrijk en hebben we de zon, het licht en de frisse natuur achter ons gelaten. Ik heb mijn fotoalbum inmiddels bijgewerkt, en de plaatjes stralen grotendeels een serene sfeer uit. Het was een heerlijk uitstapje en het valt me weer zwaar om hele dagen in het grijze Nederland te zijn. Ik heb het latent in me om een notoire klaagster te worden, die zodra ze de deur uitstapt; geïrriteerd haar neus dichtknijpt voor de uitlaatgassen, chagrijnig over de stoep zigzagt om de hondendrollen te ontwijken, mijn muts diep over mijn oren trekt om de wind en de kou buiten te houden en me ergert aan de zwijgzame ‘volle wachtkamer’ waar iedereen voor zich uitstaart en niemand meer opstaat voor een meer dan gemiddeld oudere heer. Maar door me te ergeren help ik niemand, ook niet mezelf, dus begin ik een praatje, sta ik op voor de oudere heer, help de moeder met haar kinderwagen uit de tram, houd de winkeldeur open voor de vrouw die MS heeft en stap geduldig opzij voor een groep tieners die dwars door me heen dreigen te lopen. Een klein gebaar brengt zachtheid in me naar boven en een glimlach op mijn gezicht. En als de ander dan ook nog glimlacht is mijn dag weer helemaal goed. Maar toch, het is zonneklaar dat ik vandaag de dag het allerliefst; ruimte, warmte, frisse lucht, de schoonheid van de natuur en rust in mijn leven wil. Ach, hoe zit het met die tijd waarin ik maar één wens had? Liefs Nelly